HANDLEIDING
Relatief (relatieve waardemeting)
Gebruik de RELATIVE-knop om de relatieve functie in of uit te schakelen.
•
Een korte druk (minder dan 1 s) op de RELATIVE-knop activeert de relatieve
functie.
•
Nog een korte druk (minder dan 1 s) op de RELATIVE-knop beëindigt de relatie-
ve functie.
Relatieve functie activeren/
deactiveren
Druk kort (minder dan 1s) op de
RELATIVE-knop. Laat de knop los na een
pieptoon. Indien geactiveerd, verschijnt
RELATIVE op het LCD-scherm. Indien
uitgeschakeld, verschijnt het niet op het
LCD-scherm.
Uitstel
Gebruik de HOLD-knop om de hold-functie in/uit te schakelen.
•
Een korte druk (minder dan 1 s) op de HOLD-knop activeert de hold-functie.
•
De volgende korte druk (minder dan 1 s) op de HOLD-knop deactiveert de
hold-functie.
Hold-functie activeren/deactiveren
Druk kort (minder dan 1s) op de HOLD-
knop. Laat de knop los na een pieptoon.
Indien geactiveerd, verschijnt HOLD op
het LCD-scherm. Indien uitgeschakeld,
verschijnt het niet op het LCD-scherm.
APO (automatische uitschakeling)
Wanneer deze functie is ingeschakeld, schakelt de APO-functie de multimeter uit na 15
minuten inactiviteit.
APO kan op elk moment worden in- en uitgeschakeld door de SELECT- en RELA-
TIVE-knoppen tegelijkertijd gedurende meer dan 1s in te drukken. Het LCD-scherm
toont de APO-functie wanneer deze is geactiveerd. Indien uitgeschakeld, is de APO-in-
dicator afwezig op het LCD-scherm.
46
RELATIVE
RELATIVE
SELECT
HOLD
HOLD
RELATIVE
SELECT
HOLD