LET OP: gebruik steeds dezelfde Master melder voor het aansluiten van extra Resideo onderling verbonden rook-
, hitte- of koolmonoxidemelders, nu en in de toekomst. Noteer welke gekoppelde melder in uw huis de Master
is. En, u kunt het koppelen pas inschakelen als de montageplaat geïnstalleerd is.
Nadat de Master melder in de verbindingsmodus ging om te koppelen, zal het automatisch de verbindingsmodus
na 40 seconden verlaten, en deze periode van 40 seconden zal na elke succesvolle koppeling met nog eens 40
seconden worden verlengd. Nadat alle onderling verbonden melders gekoppeld werden, kan de master ook
handmatig worden afgesloten door drie keer op de test/stilte knop te drukken indien de master de
koppelingsmodus nog niet heeft verlaten.
Test uw onderlinge verbinding
Houd de test/stilte knop ingedrukt.
De eerste onderling verbonden melder piept continu en de LED knippert in hetzelfde tempo.
Andere onderling verbonden melders in het netwerk zullen het signaal na enkele seconden ontvangen
en zullen continu piepen zonder dat de LED knippert.
De verbinding resetten
a)
Haal het product uit de achterplaat en binnen enkele seconden u hoort een pieptoon.
b)
Druk 3x op de test/stilte knop en druk nogmaals wanneer het LED-lampje gaat branden.
c)
Terwijl het LED-lampje met een pieptoon uitschakelt, is de verbinding met succes gereset.
Hoe onderling verbonden melders uit te zetten
Wanneer een onderling verbonden melder geactiveerd is, zoekt u de oorspronkelijke onderling verbonden melder,
dit is deze die zowel het audiosignaal als het rode LED-bericht uitzendt. Demp deze onderling verbonden melder
door op de test/stilte knop te drukken, en binnen 40 seconden gaan de resterende onderling verbonden melders
terug in stand-by.
Opmerking: als u op de test/stilte knop drukt op een van de onderling verbonden melders, anders dan de melder
die het alarm heeft veroorzaakt, wordt deze NIET uitgeschakeld, de overige onderling verbonden melders blijven
geluid produceren totdat de primaire melder wordt gestopt.
11. ONDERHOUD
Deze rookmelder is voorzien van een zelftestmechanisme. Daarnaast raden we aan om de rookmelder minimaal
één keer per maand handmatig te testen door op de test/stilte knop te drukken. Als de rookmelder naar behoren
werkt, zal deze een luide pieptoon produceren. Zorg er vanwege de luidheid van het alarm voor dat u tijdens het
testen u steeds op armlengte afstand van het apparaat bevindt. Als de rookmelder geen geluidssignaal produceert,
moet deze onmiddellijk worden vervangen. Reinig de rookmelder minstens één keer per maand om vuil, stof of
gruis te verwijderen. Gebruik een stofzuiger met een zachte borstel en reinig alle kanten van de melder. Verwijder
de afdekking niet om deze van binnen schoon te maken. De melder bevat geen onderdelen binnenin die
-26-