WAARSCHUWING
●
Zorg ervoor dat u de batterij alleen met de meegeleverde oplader oplaadt en alleen
bij temperaturen tussen 5 ° en 25 °C.
●
Volg de veiligheidsinstructies op de batterij.
●
Laad nooit de batterij onbewaakt achter bij het opladen.
●
Zorg ervoor bij het opladen van de batterij dat u de juiste stekkerverbinding,
voldoende ventilatie en een droge omgeving garandeert.
●
Breng nooit de lader, het netsnoer en de aansluitkabels in aanraking met water,
omdat dit een elektrische schok kan veroorzaken. Raak de batterij en de lader niet
aan met natte handen.
●
Controleer de aansluitstekker en de lader regel. Als er schade is, moet u ze
vervangen.
●
Bewaar de batterij altijd bij temperaturen tussen 5 ° en 25 °C.
●
Houd de batterij te allen tijde buiten bereik van kinderen en dieren.
●
Elke reparatie en onderhoud van de batterij of lader moet door een specialist
worden uitgevoerd.
WAARSCHUWING
●
Verkeerde aandraaien van schroeven kan leiden tot materiële vermoeidheid.
Schroeven worden zacht als ze te veel spanning ondergaan en kunnen scheuren. Dit
verhoogt het risico op ongelukken en letsels. Gebruik altijd een momentsleutel om
de schroeven vast te draaien.
●
Raadpleeg altijd een specialist voor reparaties aan het aandrijfsysteem.
NL
100
Voor het gebruik van de batterij
Voor installatie, onderhoud en reparatie
GEBRUIKSAANWIJZING
Eenheid identificatie
●
Het serienummer bevindt zich aan de rechterkant van het deck.
xxxxxxxxxxxx
●
Meer informatie over uw scooter is te vinden op het etiket dat op de scooter is
geplakt.
Slijtage
Het gebruik van de elektrische scooter resulteert in een natuurlijk slijtageproces.
Om te allen tijde veilig te rijden, lees het hoofdstuk 'Onderhoud' , let op de
onderhoudsintervallen en laat ze door een erkend servicecentrum in het service record
worden opgenomen. Volg verder de instructies in de sectie 'Voor elke trip' , telkens als u
uw elektrische scooter opstart.
101