het zwaard, gewoonlijk dichtbij de handpositie op de
voorste handgreep.
•
Zwaard - Een stevige structuur met rails die de zaagketting
ondersteunt en leidt.
•
Scherm van het zwaard - Afscherming die over het zwaard is
gemonteerd die aanraking met de tanden voorkomt wanneer
de zaag niet wordt gebruikt.
•
Terugslag - De achterwaartse of opwaartse beweging, of beide,
van het zwaard, die optreedt wanneer de zaagketting bij de neus
van het bovenste gedeelte van het zwaard in contact komt met
een voorwerp, zoals een houtblok of tak, of wanneer het hout zich
sluit en de zaag in de zaagsnede wordt vastgeknepen.
•
Terugslag, beknelling - De snelle terugslag van de zaag die zich
kan voordoen wanneer het hout zich sluit en de bewegende
zaagketting langs de bovenzijde van het zwaard in de
zaagsnede wordt vastgeknepen.
•
Terugslag, roterend - De snelle opwaartse en achterwaartse
beweging van de zaag die zich kan voordoen wanneer de
bewegende zaagketting bij het bovenste gedeelte van de tip
van het zwaard in contact komt met een voorwerp, zoals een
houtblok of een tak.
•
Snoeien - Het verwijderen van takken van een gevelde boom.
•
Ketting met geringe terugslag - Een ketting die minder
terugslag geeft. (bij een test op een representatieve
verzameling van kettingzagen.)
•
Normale zaagpositie - De posities die worden aangenomen bij
het klein zagen van standen of het vellen van een boom.
•
Inkeping - Een zaagsnede voor het maken van een inkeping in de
stam, die de richting bepaalt waarin de boom valt.
•
Achterste handgreep - De ondersteunende handgreep die zich
aan of bij de achterzijde van de kettingzaag bevindt.
•
Zwaard voor minder terugslag - Een zwaar dat heeft bewezen
aanzienlijk minder terugslag te geven.
•
Vervangende zaagketting - Een ketting die minder terugslag
geeft bij tests op bepaalde kettingzagen.
•
Zaagketting - Een ronde ketting met zaagtanden die het hout
zagen, en die wordt aangedreven door de motor en wordt
ondersteund door het zwaard.
•
Geribbelde stootrand - Met met behulp van de ribbels wordt bij
het vellen of afzagen de zaag gedraaid en kan de zaag tijdens
het zagen op z'n plaats worden gehouden.
•
Schakelaar - Een voorziening door middel waarvan een
elektrisch voedingscircuit naar de motor van de kettingzaag tot
stand wordt gebracht of wordt onderbroken.
•
Schakelverbinding - Het mechanisme dat beweging
overbrengt van een aan/uit-schakelaar naar de schakelaar.
•
Schakelaarblokkering - Een beweegbare vergrendeling die
ervoor zorgt dat de schakelaar pas met de hand kan worden
bediend wanneer de blokkering is opgeheven.
Overige risico's
Ondanks het toepassen van de relevante
veiligheidsvoorschriften en het implementeren van
veiligheidsvoorzieningen kunnen sommige overige risico's niet
worden vermeden. Dit zijn: Gehoorbeschadiging.
•
Risico op persoonlijk letsel door rondvliegende deeltjes.
•
Risico van brandwonden omdat accessoires tijdens het gebruik
heet worden.
•
Risico van persoonlijk letsel als gevolg van langdurig gebruik.
Elektrische veiligheid
De elektrische motor is slechts voor één voltage ontworpen.
Controleer altijd dat het voltage van de accu overeenkomt met
de voltage op het typeplaatje. Let er ook op dat het voltage van
uw lader overeenkomt met dat van uw netstroomvoorziening.
De STANLEY FATMAX-lader is dubbel geïsoleerd
in overeenstemming met EN60335; daarom is een
aardedraad niet nodig.
Als het
netsnoer is beschadigd, moet het worden vervangen
door een speciaal geprepareerd snoer dat leverbaar is via de
STANLEY FATMAX servicedienst.
Een verlengsnoer gebruiken
Gebruik alleen een verlengsnoer als het absoluut noodzakelijk
is. Gebruik een goedgekeurd verlengsnoer dat geschikt is
voor het ingangsvermogen van uw lader (zie Technische
Gegevens). De minimumafmeting van de geleider is 1 mm
maximumlengte is 30 m.
Rol het snoer altijd volledig af, wanneer u een haspel gebruikt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
Laders
STANLEY FATMAX-laders hoeven niet te worden afgesteld en
zijn zo ontworpen dat zij zeer gemakkelijk in gebruik zijn.
Belangrijke veiligheidsinstructies voor alle
acculaders
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES: Deze handleiding bevat
belangrijke instructies voor de veiligheid en voor de bediening
van geschikte acculaders (raadpleeg Technische Gegevens).
•
Lees voordat u de lader gebruikt, alle instructies en
aanwijzingen voor de veiligheid op de lader, de accu en het
product dat de accu gebruikt.
WAARSCHUWING: Gevaar voor elektrische schok. Laat
geen vloeistof in de lader dringen. Dit zou kunnen leiden
tot een elektrische schok.
WAARSCHUWING: Wij adviseren u een aardlekschakelaar
te gebruiken met een nominale reststroomwaarde van 30
mA of minder.
VOORZICHTIG: Gevaar voor brandwonden. Beperk het
risico van letsel, laad alleen oplaadbare accu's op van het
merk STANLEY FATMAX. Andere typen accu's zouden uit
elkaar kunnen springen en persoonlijk letsel en schade
kunnen veroorzaken.
VOORZICHTIG: Er moet op worden toegezien dat
kinderen niet met het gereedschap kunnen spelen.
KENNISGEVING: Onder bepaalde omstandigheden,
wanneer de stekker van de lader in het stopcontact
zit, kunnen de niet-afgedekte laadcontacten binnenin
de lader door materiaal of een voorwerp worden
kortgesloten. Bepaalde materialen die geleidend zijn,
zoals, maar niet uitsluitend, staalwol, aluminiumfolie of
een opeenhoping van metaalachtige deeltjes, kunnen
beter bij de holtes van de lader worden weggehouden.
nEDERlAnDs
; de
2
71