Het aandraaikoppel instellen
► Fig.5: 1. Werkingsfunctiekeuzering 2. Instelring
3. Koppelaanduiding 4.
5. Pijlteken
Door de instelring te draaien, kan het draaikoppel worden ingesteld op 20 niveaus. Lijn de
het pijlteken op het gereedschapshuis. Lijn vervolgens de koppelaanduiding uit met het pijlteken op het gereed-
schapshuis. Voor het minimumaandraaikoppel kiest u 1 en voor het maximumaandraaikoppel kiest u 20.
Alvorens met het eigenlijke werk te beginnen, draait u eerst een testschroef in uw werkstuk of een stuk identiek
materiaal, om te bepalen welk aandraaikoppel het meest geschikt is voor een bepaalde toepassing. Hieronder volgt
een grove richtlijn voor de relatie tussen de schroefmaat en de koppelaanduiding.
Koppelaanduiding
Kolomschroef
Houtschroef Zachthout
(bijv.
naaldhout)
Hardhout
(bijv.
meranti)
MONTAGE
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap
is uitgeschakeld en de stekker ervan uit het stop-
contact is verwijderd alvorens de functies op het
gereedschap te controleren of af te stellen.
Het schroefbit/boorbit aanbrengen
of verwijderen
LET OP:
Nadat u het schroefbit/boorbit in de bus
hebt gestoken, controleert u dat het stevig vast zit. Als
deze eruit komt, mag u hem niet gebruiken.
► Fig.6: 1. Vast 2. Bus 3. Ring
Houd de ring vast en draai de bus linksom om de klau-
wen van de spankop te openen. Steek het schroefbit/
boorbit zo ver mogelijk in de spankop. Houd de ring
stevig vast en draai de bus rechtsom om de klauwen
van de spankop te sluiten.
Om het schroefbit/boorbit te verwijderen, houdt u de
ring vast en draait u de bus linksom.
De haak aanbrengen
Optioneel accessoire
LET OP:
Als u de haak aanbrengt, bevestigt u
deze altijd stevig met de schroef. Als u dit niet doet,
kan de haak losraken en tot persoonlijk letsel leiden.
► Fig.7: 1. Gleuf 2. Haak 3. Schroef
De haak is handig om het gereedschap tijdelijk op
te hangen. De haak kan aan iedere zijkant van het
gereedschap worden bevestigd. Om de haak te beves-
tigen, steekt u deze in een gleuf op een zijkant en zet
u hem vast met de schroef. Om de haak eraf te halen,
draait u de schroef los en haalt u de haak eraf.
markering
1
2
3
4
5
6
M4
–
–
7
8
9
10
11
M5
ɸ3,5 x 22
ɸ4,1 x 38
ɸ3,5 x 22
De schroefbithouder aanbrengen
Optioneel accessoire
► Fig.8: 1. Schroefbithouder 2. Schroefbit
Pas de schroefbithouder op de uitstekende nok aan
de voet van het gereedschapshuis, links of rechts naar
keuze, en zet de bithouder vast met een schroef.
Wanneer u het schroefbit niet gebruikt, kunt u het in de
schroefbithouders opbergen. Schroefbits van 45 mm
lengte kunnen hier worden bewaard.
BEDIENING
LET OP:
Wanneer de snelheid sterk afneemt,
verlaagt u de belasting of stopt u het gereedschap
om te voorkomen dat het gereedschap wordt
beschadigd.
► Fig.9: 1. Ventilatieopening
Houd het gereedschap met één hand stevig vast aan de
handgreep.
In geval het hele gereedschap meedraait, houd het
gereedschap stevig met beide handen vast.
KENNISGEVING:
niet omdat anders het gereedschap oververhit en
beschadigd kan raken.
Gebruik als schroevendraaier
LET OP:
Stel de koppelinstelring in op het
juiste koppel voor uw werkstuk.
LET OP:
Zorg dat het schroefbit recht in de
schroefkop steekt, anders kunnen de schroef en/
of het schroefbit beschadigd worden.
30 NEDERLANDS
markering uit met
12
13
14
15
16
17
M6
ɸ4,1 x 38
Bedek de ventilatieopeningen
18
19
20
–
–