Reiniging van de verwarmingsketel
1.
Schakel de stroom naar de verwarmingsketel uit.
2.
Verwijder de brander (zie vorige paragraaf).
3.
Verwijder het bovenste paneel.
4.
Verwijder het schoonmaakdeurtje "A" door de moeren "B"los te draaien.
5.
Maak het branderdeurtje "C" open na eerst de moeren"D" losgedraaid te hebben.
6.
Maak de binnenkant van de verwarmingsketel en het volledige traject van de rook-
gassen schoon met een borstel, stofzuiger of druklucht.
7.
Doe de deurtjes weer dicht.
Reiniging van de rookrecuperator
Maak de recuperator als volgt schoon:
•
Verwijder het achterpaneel B.
•
Verwijder het deksel C van de rookrecuperator.
•
Maak de recuperator met een zuiger van binnen zorgvuldig schoon.
•
Bij hardnekkig vuil kan de binnenkant gereinigd worden met een geschikte water-
sproeier. Wees hierbij voorzichtig en zorg ervoor dat de gietijzeren elementen van
de rookkamer niet te nat worden. Maak de sifon los en laat het water weglopen door
de condensafvoer D.
fig. 39 - Reiniging van de recuperator
94
NL
C
A
D
fig. 38
B
C
D
ATLAS D32 CONDENS K130 UNIT
Plaatsing kammen
Na de reiniging van de terugwinningsinrichting moet u zich ervan verzekeren dat de kam-
men op de juiste wijze geplaatst zijn, zoals aangegeven in fig. 40. Haal de bevestiging-
smoeren op de compressorschijf "A" aan met inachtneming van het aanhaalkoppel van
0,6 Nm. Indien er geen momentsleutel voorhanden is, controleren of er tussen de win-
dingen een rookdoorgang is van 1 mm.
B
0.6 Nm
60°
cod. 3541G840 - Rev. 01 - 10/2016
A
60°
60°
60°
60°
fig. 40 - Plaatsing vinnen
60°