bovenkap (S-serie)/voorkap (V-serie) en de instelknop is dan zichtbaar. De instelknop
is gelijk gemarkeerd als de schaal aan de voorkant (S-serie) en het meetbereik (V-serie)
en deze markering kan worden gebruikt om ongeveer het juiste schakel-/alarmpunt
voor de werkelijke toepassing te vinden. Steek een schroevendraaier (V)/gereedschap
in de bovenklep (S), in de sleuf van de instelknop en draai de knop voorzichtig naar de
gewenste stand. Neem voor de D-serie altijd het deksel weg en verander de instelling
met de displayknoppen onder: Menu/Instellen/Alarm.
# 4. Installatie en/of wijziging van de indicatie-eenheid
De indicatie-eenheid is vóór levering gekalibreerd en getest zodat deze gemakkelijk
op het bestaande pijpgedeelte kan worden gemonteerd. Als optie hebben we bij het
bestellen van een nieuwe monitor/meter een spruitstuk met afsluiters. Dit stelt u in staat
tot het uitschakelen van de druk tot aan de indicatie-eenheid en u kunt dit eenvoudig
verwijderen en vervangen door de nieuwe zonder het systeem te legen. Als dit spruitstuk
niet is geïnstalleerd, moet het systeem leeg en drukloos zijn. Verwijder de schroeven
waarmee de indicatie-eenheid op het leidinggedeelte is bevestigd en vervang deze door
een nieuwe of onderhouden unit. Vergeet niet om naderhand de afsluiters te openen,
indien van toepassing.
# 5. Verandering van stroomrichting
Let op! Voor GSS- en FSS-modellen moet het systeem leeg zijn en niet onder druk staan.
Voor -FSS en -GSS-modellen is de stroomrichtingselector een geïntegreerd onderdeel
van het pijpgedeelte, dus het is noodzakelijk om het hele pijpgedeelte te vervangen om
de stroomrichting te veranderen. Voor GL- en FA-modellen moet eerst het buissysteem
worden leeggemaakt zodat het niet onder druk staat en geen stroming heeft! Gebruik
voor GL- en FA-modellen gebruikt u de afsluiters (indien geïnstalleerd), zie hierboven #
4. De stroomrichtingselector (in -GL- en -FA-modellen) die de stroomrichting bepaalt,
wordt geplaatst tussen de membraanbehuizing en het pijpgedeelte. De selectieknop kan
worden gebruikt voor beide richtingen. Om de stroomrichting te wijzigen, draait u de vier
zeskantschroeven los waarmee de membraanbehuizing aan het pijpgedeelte vastzit. Ver-
plaats de selectieknop naar de juiste positie, rechts of links. Plaats de indicatie-eenheid
weer terug en draai de stroomrichtingpijl op het pijpgedeelte (indien van toepassing).
# 6. Gas- of vloeistoflekkage
Als u merkt dat procesvloeistof of -gas uit de diafragmabehuizing ontsnapt, is er
waarschijnlijk sprake van een defecte diafragmahendel of een defect diafragma. Dit komt
mogelijk doordat de monitor is blootgesteld aan overmatige druk of doordat de procesv-
loeistof of het gas te agressief is voor de rubberen afdichting. De microschakelaar/relais
binnen de controle-eenheid wordt hierdoor meestal beschadigd. Voer een controle uit.
Zie sectie 7 indien nodig. Vervang niet alleen het diafragma of de diafragmahendel, want
in de regel moet de monitor opnieuw worden geijkt.
# 7. Reserveonderdelen
Neem contact op met uw Eletta-dealer, www.eletta.com.
[email protected] of Eletta Zweden:
+46-8-603 07 80.
# 8. Temperatuur
Controle-eenheid V- en S-serie: -20 tot 90°C (-4°F tot 200°F) standaard (max.
120°C/250°F als optie) Hogere procestemperatuur mogelijk met afstandbediende
installatie. Controleeenheid D- en Rserie: -10°C tot 65°C (15°F tot 150°F). Hogere
53