•
Plaats de koffiekan (16) op de
verwarmingsplaat (18).
Let op: Het apparaat kan uitsluitend worden
gebruikt wanneer de display is geactiveerd.
Indien de display niet geactiveerd is, druk dan
op een willekeurige knop om de display te
activeren. Het apparaat is klaar voor gebruik.
•
Schakel het apparaat in door de aan/uit-
knop (1) in te drukken. Het symbool met
de kop koffie (E) begint te knipperen. Het
apparaat begint met het zetten van de
koffie.
•
Druk voor het onderbreken van het proces
op de aan/uit-knop (1).
•
Na het einde van het proces zal het
apparaat piepen en overschakelen naar de
warmhoudmodus. Het symbool met de
kop koffie (E) stopt met knipperen. Het
apparaat kan worden uitgeschakeld door
de aan/uit-knop (1) in te drukken of het
apparaat schakelt na ½ uur automatisch uit.
•
Laat het apparaat volledig afkoelen.
Uitgestelde startfunctie (fig. B & C)
Het apparaat heeft een uitgestelde startfunctie
waarmee de tijd voor aanvang van het
koffiezetproces kan worden geprogrammeerd.
Let op: Het apparaat kan uitsluitend worden
gebruikt wanneer de display is geactiveerd.
Indien de display niet geactiveerd is, druk dan
op een willekeurige knop om de display te
activeren. Het apparaat is klaar voor gebruik.
•
Stel de klok in. Controleer of de klok reeds
ingesteld is. Indien de klok niet ingesteld is,
zie het gedeelte "Instellen van de klok".
•
Stel de koffiehoeveelheid in. Zie het gedeelte
"Instellen van de koffiehoeveelheid".
•
Stel de koffiesterkte in. Zie het gedeelte
"Instellen van de koffiesterkte".
•
Houd de timerknop (5) ingedrukt totdat
de timerindicator (C) knippert.
•
Druk herhaaldelijk op de urenknop (6) om
de uren in te stellen.
•
Druk herhaaldelijk op de minutenknop (7)
om de minuten in te stellen.
•
Druk op de timerknop (5) om de
instellingen op te slaan. De timerindicator
(C) brandt continu.
•
Druk voor het onderbreken van het proces
nogmaals op de timerknop (5).
De timerindicator (3) gaat uit.
Let op: Indien u koffie wilt zetten met
gemalen koffie, schakel dan voor gebruik van
de uitgestelde startfunctie de maalfunctie uit.
Reiniging en onderhoud
Voordat u verdergaat, vragen wij graag uw
aandacht voor de volgende punten:
-
Schakel voor reiniging en onderhoud altijd
het apparaat uit, verwijder de netstekker
uit het stopcontact en wacht totdat het
apparaat is afgekoeld.
-
Dompel het apparaat niet onder in water
of andere vloeistoffen.
Voordat u verdergaat, willen wij graag dat u
uw aandacht vestigt op de volgende punten:
-
Gebruik geen bijtende of schurende
reinigingsmiddelen om het apparaat te
reinigen.
-
Gebruik geen scherpe voorwerpen om het
apparaat te reinigen.
•
Controleer het apparaat regelmatig op
mogelijke schade.
•
Reinig de accessoires:
- Reinig de koffiekan in sop.
- Reinig de koffiefilterhouder in sop.
- Reinig het deksel van het koffieboon-
compartiment in sop.
- Droog de accessoires grondig.
•
Reinig de buitenkant van het apparaat met
een vochtige doek. Droog de buitenkant van
het apparaat met een schone, droge doek.
•
Berg het apparaat op op een droge en
vorstvrije plaats, buiten bereik van kinderen.
Reinigen van het maalcompartiment
(fig. C & I)
Tijdens het malen van koffiebonen kan
koffiepoeder het maalmechanisme verstoppen.
Het maalcompartiment (19) moet worden
gereinigd wanneer het waarschuwings symbool
(E01) zichtbaar wordt op de display (8). Het
maalcompartiment (19) kan iedere 2 weken
worden gereinigd om te voorkomen dat het
maalmechanisme verstopt raakt.
9