Het juiste manchet kiezen
Voor een nauwkeurige meting is het belangrijk dat u een manchetmaat kiest die het beste om uw
bovenarm past. Kies de manchetmaat die bij de omtrek van uw arm past en waarbij de onderkant
van het manchet zich 2~3 cm boven uw elleboog bevindt.
• Small/Medium manchet = armomtrek 22~32 cm
• Large/XLarge manchet = armomtrek 32~42 cm
Het armmanchet plaatsen
1. Schuif het uiteinde van het armmanchet dat het verst van de slang staat door de metalen ring om
een lus te maken. Het gladde materiaal moet zich op de binnenkant van het manchet bevinden.
Afb. 4
2. Steek de luchtslang in de connector (Fig. 4).
3. Als het manchet juist is geplaatst, zit het klittenband aan de buitenkant van het manchet en raakt
de metalen ring de huid niet (Afb. 5).
4. Steek uw linkerarm door de lus van het manchet. De onderkant van het manchet moet ongeveer
(2~3 cm) boven de elleboog zijn geplaatst. De slang moet over de bovenarmslagader op
de binnenkant van de arm liggen (Afb. 6).
Afb. 7
5. Trek het manchet zodanig dat de boven- en onderkant strak rond de arm ligt (Afb. 7).
6. Als het manchet goed is geplaatst, druk het klittenband stevig tegen de stofkant van het manchet.
7. Dit manchet is klaar voor gebruik als de markering <<index>> binnen het <<ok-bereik >>
aangegeven door twee pijlen staat en het manchet stevig rond de arm is geplaatst (Afb. 8).
8. Ga op een stoel zitten en leg uw arm op de tafel, zodat het manchet op dezelfde hoogte als uw
hart ligt (Afb. 9).
Materiaal aan stofkant
Klitten-
band
Glad
materiaal
Metalen ring
Afb. 5
OK
OK
Afb. 8
Linkerarm
Hoofdaders
Afb. 6
Afb. 9
113