Unit met elektrische verwarming
De elektrische aansluiting kan van boven
of onder worden uitgevoerd, afhankelijk
van de orderspecificatie. De regelspanning
(230V~) en voeding voor de verwarming
(400V3~) moeten worden aangesloten
op een klemmenblok. Als de aansluiting
vanaf de onderkant wordt uitgevoerd,
moeten de modulaire kabels voor de SIRe-
besturingskaart in de unit worden getrokken.
Bind de kabels in de unit bij elkaar, zodat ze
niet in de ventilatoren worden getrokken of
in aanraking met de verwarmingselementen
komen.
De grootste kabeldiameter voor het
voedingsblok is 16 mm². De gebruikte
kabelpakkingen moeten voldoen aan de
eisen van de beschermklasse. Op het
verdeelpaneel moet worden aangegeven,
dat "de luchtgordijnen vanuit meer dan een
aansluiting kunnen worden gevoed".
Zie bedradingsschema's.
Aantal motoren
De modellen in de serie hebben een
verschillend aantal motoren. In de
productie worden de motoren vanaf de
onderkant van de unit gemonteerd, omdat
het het belangrijkste is om bij de vloer te
beschermen. Daarom kan er bij de modellen
met een kleiner aantal motoren sprake zijn
van een lege ruimte boven de motoren.
Opstarten (E)
Als de unit voor het eerst of na een langere
periode van stilstand wordt gebruikt, kan
er rook of een geur optreden als gevolg van
op het element achtergebleven stof of vuil.
Dit is volstrekt normaal en zal na korte tijd
verdwijnen.
De batterij aansluiten (W)
De installatie moet door een gekwalificeerde
installateur worden uitgevoerd.
De waterbatterij heeft koperen buizen
met aluminium vinnen en is geschikt voor
aansluiting op een gesloten waterverwarming.
De verwarmingsbatterij mag niet worden
aangesloten op een hoofdwaterleiding of open
watersysteem.
Let erop dat de unit moet worden
voorafgegaan door een regelklep, zie de
kleppenset van Frico.
Wateraansluitingen kunnen, in
overeenstemming met de bestelsleutel, van
boven en van onderen worden gemaakt, via
DN25 (1") binnendraadse aansluitingen. Als
de aansluiting vanaf de onderkant wordt
uitgevoerd, zit de aansluiting tussen de eerste
en tweede motor. Flexibele slangen zijn als
accessoire verkrijgbaar (zie de pagina's met
accessoires).
Let op: Wees voorzichtig bij het aansluiten
van de buizen. Gebruik een sleutel o.i.d. om
de luchtgordijnaansluitingen tegen te houden
om overbelasting van de buizen en daardoor
waterlekkage tijdens het aansluiten van
watertoevoerbuizen te voorkomen.
De aansluitingen naar de batterij moeten
worden voorzien van afsluitkleppen
(niet inbegrepen) voor een probleemloze
verwijdering.
De batterij is voorzien van
ontluchtingskleppen.
Basisinstelling ventilatorsnelheid
Wanneer de deur geopend is, wordt de
ventilatorsnelheid ingesteld met de regelaar.
Let erop dat de richting van de luchtstroom
en de ventilatorsnelheid eventueel nog verder
moeten worden aangepast, afhankelijk van de
belasting van de deur.
Filter (W)
De afstand tussen de batterijplaten, in
combinatie met de openingsdiameter van
het inlaatrooster, beschermt tegen vuil en
verstopping. Dit maakt een afzonderlijk filter
gewoonlijk onnodig.
Service, reparatie en onderhoud
Voor alle service, reparatie en onderhoud
dient eerst het onderstaande te worden
opgevolgd:
1. Ontkoppel de voeding.
2. Het serviceluik wordt geopend door de
schroeven aan de zijkant van de unit los te
draaien.
Onderhoud
Unit met waterverwarming:Het filter van het
apparaat moet regelmatig worden gereinigd
om het vermogen van het luchtgordijn en
de warmteverspreiding van het apparaat
te waarborgen. Hoe vaak dit moet
NL