Probleemoplossing
CONTROLEERA.U.B.
OE
VOLGENDE
ZAKEN VOORDAT U UW SERVICECENTRUM BELT
Voor
de probleemoplossing, moel de zwembadreiniger
worden
afgeslolen
van
de stroomvoorziening en moet de
slekker uil
het slopeonlact worden gehaald om
schade
aan de
eenheid le voorkomen, evenals persoonlijk letseI.
1. Eenheid pompt geen waler of beweegt niet:
a)
Controleer
of er stroom slaal op het
stopeontact.
b) Controleer of de transformator
is
aangesloten op een geaard stopeontact en
of de snoerassemblage
in
de transformator is gestoken.'
c) Schakel de
slroomvoorziening
een paar
keer
uit
'OFF'
en aan
'ON'.
Houd
een penode van
45
seeonden
aan lussen aan 'ON" en uit
'OFF'.
d)
Controleer op en verwijder
alle vuil
zoals
haren,
slierten of bladeren
die
mogelijk het
vnj
bewegen van de wielen
verhinderen.
2. Eenheid pompt helemaal geen wale" of pompl langzaam maa, beweegt
wel:
a)
Controlee,
of de propeller
vast
zit als gevolg
van opeenhoping
van
haren
of
vuil op de propellers.
Verwijder
de bovensle sehroef
van
de bovenkant
van
de uilgang en reinig de propeller. Schroef tijdens hel opnieuw
aanbrengen
van
de bovenafdekking de
sehroef niet
le slevig
vast.
b) Controleer of
de
filterzakken grandig gereinigd
zijn.
Reinig
indien
nodig.
c)
Als A
en B een negalief
resullaat
geven,
eontroleert u
de pompmotor.
Als
deze niet werkt, stuurt u de eenheid naar uw
servicecentrum.
3.
Eenheid beweegt
niet,
maar pompt wel water:
a) Controleer
of
de beweging naar
vorenlachleren wordl belemmerd
door
vreemd
matenaal: haren, vuil, enz.
op de
wielen,
of dat deze
verstrengeld is
met het
stroomsnoer.
b)
Controleer
of er geen vuil
verstopt
zil in het wiel tussen de aandrijvingen.
c) Venfieer of de rolborslel goed
in
posilie
staat
en niel is
afgebroken.
Oe borstel
geeft de
rotalie
door
aan
de wielen
en
- indien
afgebroken -
zal de rabol niel
goed bewegen.
d)
Conlroleer
de
molor.
Als deze niet
werkt, stuurt
u de eenheid
terug
naar uw
servicecentrum.
4.
Uitsluijing klimmend model· Eenheid klimt niet tegen de muu,
op:
a)
Conlroleer
of de
filterzakken
grandig gereinigd
zijn.
Reinig indien nodig.
5. Eenheld neemt geen vuiJ of alval op:
a) Controleer 2a en
2b van
deze
handleiding.
b)
Verhoog
de
watertoevoer (zie
pagina 3).
c) Controleer de fillennname en klepflappen aan de
onderkant van
uw eenheid
(zie afbeelding
hieronder).
Oe flappen moelen
vnj
kunnen bewegen om
le
openen
en
le sluiten. Reinig de k1epflappen en zorg dat ze vnj
komen
indien
nodig.
6. Eenheid lijkt niet het hele zwembad mee te nemen:
44
a) Zeer waarschijnlijk is een grandige reiniging van de filter
nodig.
b) Contraleer 01 de rabol
op
90 graden roleert tijdens hel
draaien.
Indien niel
voegt
u meer
vlotlers
toe
of verwijdert
deze
in
overeenstemming met de
instructies
op pagina
4.
c) Controleer of het dnjfsnoer goed is uitgerold en
niet
versirengeld
iso
d) Geef de eenheid de tijd om gedurende de volledige reinigingscyclus dOOf het
zwembad te gaan.
e)
Controleer 01 de motor
functioneert.
Zie a.u.b.
paragraaf 2
van
deze
handleiding.
n
Als er nadal u hel bovenstaande hebt gedaan nog
steeds
een probleem is, bell
u uw dealer voor
specifieke
aanvullende
hulp.
7. Er kamt vuil uit de eenheid als u deze uit het zwembad
verwijdert:
a) Hendel fillervergrendeling
(Ioegangsklep
bovenzijde
sluil
niel goed) -
Conlroleer
of
hel mechanisme
voor
ontgrendeling niet
is
beschadigd.
Oe
randen
van
de
klep
moet uitgelijnd zijn met de behuizing van de
eenheid,
en
de
bovenfilter
is goed
vergrendeld.
b)
Invoerkleppen - Controleer of de
filterinvoer klepflappen (fig.5)
goed bewegen
om
te openen an te
sluiten.
Reinig
flappen indien
nodig.