Nederlands
Om brede platen tot maximaal 305 mm te zagen, dient
de schuivergrendelknop los te worden gedraaid zodat
de zaagkop vrij kan schuiven.
5. Bediening van snelle-nokvergrendeling (Afb. 13)
Als de vereiste verstekhoeken NIET een van de negen
positieve aanslagen zijn, kan de verstektafel onder
elke hoek tussen deze positieve aanslagen van snelle-
nokvergrendeling met behulp van de hendel worden
vergrendeld.
Ontgrendel
de
verstektafel
nokvergrendelingshendel omhoog te trekken. Terwijl
de positieve stopvergrendelingshendel omhoog wordt
gehouden, pakt u de verstekhendel vast en verplaatst
u de tafel naar links of rechts om de gewenste hoek te
bereiken. Laat de positieve aanslaghendel los. Duw de
snelle-nokvergrendelingshendel naar beneden totdat de
tafel op zijn plaats vergrendelt.
6. De lasergeleider
WAARSCHUWING
● Steek voor uw eigen veiligheid de stekker nooit in de
stroombron voordat de afstellingsstappen zijn voltooid
en nadat u de veiligheids- en bedieningsinstructies hebt
gelezen en begrepen.
● Uw gereedschap is uitgerust met een lasergeleider
met gebruik van een Klasse 1M lasergeleider. De
lasergeleider stelt u in staat om een voorbeeld te
bekijken van het zaagblad op het werkstuk dat moet
worden gezaagd voorafgaand aan het starten van de
verstekzaag. De machine moet worden aangesloten
op de stroomvoorziening en de aan/uit-schakelaar van
de laser moet worden ingeschakeld om de laserlijn te
tonen.
(1) Vermijd direct oogcontact (Afb. 14)
WAARSCHUWING
*
VOORKOM BLOOTSTELLING
Er wordt laserstraling afgegeven vanuit deze opening.
LET OP
● Gebruik van bedieningselementen of aanpassen of
prestaties van procedures kan leiden tot blootstelling
aan gevaarlijke straling.
● Het gebruik van optische instrumenten bij dit product
verhoogt het risico op oogletsel.
WAARSCHUWING
Probeer de laser nooit te repareren of uit elkaar te
halen. Als ongekwalifi ceerde personen dit laserproduct
proberen te repareren, kan dit leiden tot ernstig letsel. Als
reparaties nodig zijn aan dit laserproduct dienen deze te
worden uitgevoerd door een erkende onderhoudsdealer.
(2) Uitlijning van laserlijn controleren (Afb. 15)
(a) Stel de zaag in op een instelling van 0° verstek en 0°
afschuining.
(b) Gebruik een combinatievierkant om een hoek van 90°
te markeren langs de bovenkant van de plaat. Deze
lijn dient als de patroonlijn om de laser aan te passen.
Plaats de plaat op de zaagtafel.
(c) Laat de zaagkop voorzichtig zakken om het zaagblad
uit te lijnen met de patroonlijn. Plaats het zaagblad naar
de linkerzijde van de „patroonlijn", afhankelijk van uw
voorkeur voor de laserlijnlocatie. Vergrendel de plaat op
zijn plaats met de klem.
(d) Schakel de lasergeleider in terwijl de zaag is
aangesloten. Uw zaag is vooraf ingesteld met de laserlijn
naar de linkerzijde van het blad.
(e) Laat het zaagblad zakken tot de patroonlijn, als het
zaagblad niet gelijk is met de patroonlijn, past u het blad
aan volgens de instructies onder paragraaf „De hoek
van de laserlijn aanpassen" en paragraaf „De laserlijn
uitlijnen".
(3) De hoek van de laserlijn aanpassen (Afb. 16, 17)
(a) Nadat u de motorkop naar voren hebt geschoven,
(b) Draai de lasermarkeerder in de gewenste richting om de
OPMERKING
door
de
snelle-
(4) Lijn de laserlijn uit. (Afb. 16, 18)
(a) Draai de vier stelschroeven slechts met een ½ slag per
(b) Stel de lasermarkeerder bij door de stelschroeven aan
(c) Wanneer uitlijning van de laser is bereikt, draait u de vier
(d) Nadat het afstellen van de laster is voltooid, plaats u de
PRACTISCHE TOEPASSINGEN
WAARSCHUWING
○ Om lichamelijk letsel te voorkomen moet u het werkstuk
○ Plaats tijdens de bediening van het apparaat nooit
LET OP
○ Het is uitermate gevaarlijk om onderdelen te verwijderen
○ Verwijder zaagsel van de draaitafel tijdens het zagen.
○ Indien er te veel zaagsel is opgehoopt, zal het zaagblad
OPMERKING
1. Bedienen van de schakelaar (Afb. 20)
(1) De zaag inschakelen
(2) De lasergeleider inschakelen
WAARSCHUWING
2. Gebruik van de klem (standaard toebehoren)
(1) De klemconstructie kan bevestigd worden op de basis.
(2) Draai aan de vergrendelknop van de bankschroef en zet
(3) Draai aan de bovenste knop en zet het werkstuk stevig in
OPMERKING
76
verwijdert u twee klinknagels aan beide kanten van de
laserbehuizing en haalt u de laserbehuizing eraf om de
lasermarkeerder weer te geven. (Afb. 16)
laserhoek aan te passen. (Afb. 17)
Pas de laser niet met een slag van meer dan ¼ aan in
elke richting, dit kan de laser beschadigen.
keer aan. (Afb. 18)
de linkerkant met de klok mee te draaien om zo de
laserlijn naar de rechterkant te schuiven. Om de laserlijn
naar links te schuiven, draait u de stelschroeven aan de
rechterkant met een ½ slag per keer.
stelschroeven met een ½ slag per keer aan.
behuizing van de laser terug op de lasermarkeerder en
draait u de twee klinknagels weer aan. (Afb. 16)
nooit verwijderen of plaatsen op de tafel terwijl het
apparaat wordt bediend.
uw ledematen binnen het gebied dat de lijn naast het
waarschuwingssymbool aangeeft (Afb. 19). Dit kan
gevaarlijke gevolgen hebben.
of te installeren wanneer het zaagblad nog draait.
van het te zagen materiaal te zien zijn. Houd uw hand uit
de buurt van het blad.
Voorafgaand aan het bedienen van de schakelaar, dient
u de stabiliteit van het gereedschap te controleren door
de hoek in te stellen en proefzagen uit te voeren zonder
gebruik van een werkstuk.
Deze verstekzaag is uitgerust met een trekkerschakelaar.
Druk de trekschakelaar in om de verstekzaag IN te
schakelen. Laat de trekkerschakelaar los om de zaag uit
te schakelen.
Druk de laserschakelaar in om deze IN te schakelen, en
druk nogmaals in om UIT te schakelen.
Maak
de
AAN/UIT-schakelaar
een hangslot, of een ketting met een hangslot, door
het gat in de trekker en vergrendel de schakelaar
van het gereedschap zodat kinderen, en andere
ongekwalifi ceerde gebruikers, de machine niet aan
kunnen zetten.
de bankschroefmontage stevig vast.
positie vast (Afb. 21).
Zorg bij gebruik van de bankschroef ervoor dat het
gereedschap vrij is van overmatig contact wanneer het
apparaat wordt geslingerd of geschoven.
kindveilig.
Plaats