NEDERLANDS
•
Wanneer de draagzak in de buurt van de grond
komt moet u erop letten dat de voeten van het kind
niet gewond kunnen raken.
KINDERDRAGEROVERZICHT
1. Loadlifters
2. Afneembare heupband
3. Borstgordel
4. Gepolsterde handgreep
5. Insteeksleuf voor hoofdsteun (Artnr. 10050-0030)
6. Insteeksleuf voor zonne- en regendakje
7. Fixeermogelijkheid voor bv speelgoed
8. Netzakje
9. Zitondersteuning aan de zijkant
10. Zonne- / regendakje, wikkelmatje in het ondervak
11. Standvoet
HANDLEIDING BIJ HET INSTELLEN
VAN DE KINDERDRAGER
1. Bij het in de drager zetten van uw kind, moet de dra-
ger door het klapframe worden ondersteund (A).
2. Stelt u voor het eerste gebruik de optimale zithoog-
28
te in (B). Als u het zitvlak naar boven trekt valt de ge-
tande riem automatisch in de gewenste positie en
wordt deze geblokkeerd. Om de riem weer te ont-
grendelen trekt u het heveltje wat omhoog en kunt
u het zije weer vrij bewegen. De zithoogte is opti-
maal als uw kind een goed uitzicht heeft en de ar-
men vrij kan bewegen.
3. Bevestig altijd het gordeltje voor uw kind zodat hij
of zij niet uit de drager kan vallen. Sluit hiervoor
de spanband (C), doe de gordel bij uw kind om (D),
steek de sluitclips aan de voorkant in de gesp (C) en
trek de gordel vast. Stel de gordel zo in dat uw kind-
je niet kan opstaan. Voor het instellen van de lengte
van de draagbanden schuift u eerst de schouderbe-
kleding van de gordel terug. Daarna stelt u de leng-
te van de banden in met behulp van de geleiderge-
sps overeenkomstig de lengte van het kind.
INSTELLING VAN DE SCHOUDERBANDLENGTE
1. Jolly Light: De twee schouderbanden komen sa-
men op een punt van waaruit ze achter de centra-
le stabilisator als ÈÈn band doorlopen. Met een