Radiomodule bij watermeter radio 3
Het vervangen van de batterij is niet noodzakelijk en niet toegestaan.
Montage
Toegelaten inbouwposities
Nauwkeurigheidsklasse R xxxH / xxxV
H
H = horizontaal, V = verticaal
Voorwaarden:
Meter met radiomodule: Afstand tot stroomleidingen ≥ 300 mm.
Afsluiters voor een latere metervervanging.
Op het leidingennet aangesloten apparaten uitschakelen om beschadigingen door een te
hoge druk of een te hoge temperatuur te vermijden.
Montage van nieuwe meters:
Leidingen grondig spoelen.
1
Afsluiter voor het aansluitstuk sluiten.
2
Voorzorgsmaatregelen treffen zodat de eventueel op de leidingen aangesloten appara-
3
ten niet worden beschadigd (bijv. boiler/zekeringen uitschakelen).
Leidingen ledigen.
4
Alleen bij montage in het UP-aansluitstuk met de geschuimde inbouwhulp:
5
Inbouwhulp op de vereiste lengte verkorten.
Demontagesleutel met zeskantig schacht uiteinde op de blinde deksel plaatsen en
6
uitdraaien.
Dichtingsvlakken van het aansluitstuk en schroefdraad van de meetinzet lichtjes
8
invetten.
Meetinzet in het aansluitstuk schroeven tot de O-ring op het dichtingsvlak ligt.
9
Meetinzet met de montagesleutel (artikelnr.: 160 007) met een
10
omwenteling van
Afsluiter langzaam openen en de leiding via het tappunt ontluch-
11
ten.
Boiler of zekeringen opnieuw inschakelen.
12
Functietest uitvoeren.
13
Tappunten sluiten en dichtheid van de meetinzet controleren.
14
Verzegelring met montagesleutel over de meetinzet schuiven tot ze in elkaar sluiten.
15
V
1
/
tot max.
1
/
met de hand vastdraaien.
8
4
V
NL
V
8
21