AREO i
- Aggregaat voor warmte-uitwisseling uitgevoerd met een sterk ge-
leidbare koperen buis en aluminium lamellen. Hiermee verkrijgt u een
veel hogere warmte-uitwisseling dan bijvoorbeeld bij een traditionele
ijzeren buis het geval is.
De opening voor luchtafvoer steekt iets verder naar voor dan de plaats van
de batterij. Ervoor zit een bijkomend bassin waarin alle condenswater
altijd wordt opgevangen.
- Bassin voor condenswater in verzinkt staal, thermisch geïsoleerd
met polyurethaan met een gesloten celstructuur. Dit bassin staat in
verbinding met het bijkomende reservebassin.
- Elektrische motoren:
2 permanente magneten met ingebouwde motorgenerator
A)
Voeding 230V-50/60 HZ ofwel 400V-3-50/60 HZ
1)
Passief circuit van compensatie van blind vermogen
2)
Controlesignaal 0-10V
3)
Electronica en motoren die tegen overtemperatuur zijn beschermd
4)
Alarmrelais
5)
Detectie van lage voedingsspanning
6)
Stroombegrenzing
7)
Geleidelijke opstart (soft starter)
8)
Max temp lucht 70°C
Alle motoren zijn uitgerust met een interne thermische beveiliging en zijn
uitgevoerd in veiligheidsklasse IP 44.
- Axiale ventilator statisch gebalanceerde schoepen in een speciale
opening voor luchtuitstoot die de aëraulische prestaties verbetert en
tegelijk het geluid dempt.
- Veiligheidsrooster van elektrolytisch verzinkte staaldraad: ondersteunt
de motor en is met anti-trillinghouders aan de omkasting vastgemaakt.
Belangrijkste onderdelen zoals op figuur 2:
(1)
Omkasting: zijpaneel
(2)
Omkasting: boven-/onderpaneel
(3)
Achterpaneel/luchtuitstoot ventilator
(4)
Warmtewisselaar met lamellenunit (aggregaat voor warmtewis
seling)
NL
(5 )
Veiligheidsrooster (waaier) ter ondersteuning van de motor
(6)
Verstelbare lamellen voor luchtuitblaas
(7)
Bijkomend bekken voor de opvang van condenswater
(8)
Hoofdbekken voor de opvang van condenswater
(9)
Bovenafdekking aggregaat warmte-uitwisseling
(10)
Luchtvervoer
(11)
Bevestigingsbeugels voor muur/plafond
(12)
Plastic hoekelement voor het afsluiten van de bekasting
4
AFMETINGEN
Op figuur 3 ziet u de afmetingen van het toestel:
(1)
Aansluiting watertoevoer, mannetje gas
(2)
Aansluiting waterafvoer, mannetje gas
(3)
Aansluiting afvoer condenswater
5
MONTAGE
Haal de luchtverhitter uit de verpakking en controleer de staat van het
toestel. Verzeker u ervan dat het niet werd beschadigd tijdens het vervoer.
Controleer, alvorens met de montage te beginnen, dat de installatiehoogte
en de luchtstraal overeenkomen met de aanwijzingen op de technische
catalogus. De maximale installatiehoogte staat ook op figuur 4 aangegeven.
Alle modellen van de AREO-reeks kunnen zowel aan de muur (als verwar-
ming en airconditioning) als op het plafond (UITSLUITEND als verwarming)
worden gemonteerd.
Gebruik voor bevestiging op de wanden de speciale malplaatjes die u bij
de onderdelen vindt:
DFP voor bevestiging op wanden
DFC voor bevestiging op zuilen
Verstelbare DFO voor bevestiging op wanden/zuilen (0° tot ±45°).
Indien u de orginele malplaatjes niet gebruikt, verzeker u er dan toch van
dat de afstand tot de wand of het plafond niet kleiner is dan wat op figuur
5 staat aangeduid.
Gebruik bevestigingspluggen die geschikt zijn voor het gewicht van het
toestel en verzeker u ervan dat het oppervlak waarop u het toestel vast-
maakt hiervoor geschikt is.
Gebruik voor montage aan het plafond de 4 bijgesloten beugels en maak
de luchtverhitter vast met 4 speciale kettingen. Houd hierbij rekening met
AP66000779 - 01
È severamente vietata la riproduzione anche parziale di questo manuale / All copying, even partial, of this manual is strictly forbidden
het gewicht van het toestel.
Voor een betere verspreiding van de lucht draait u de ene helft van de
lamellen voor luchtuitblaas 180° om (zie figuur 6). Duw hiervoor op de
lamellen zodat de veer wordt ingedrukt.
Gebruik een gepast heftoestel om de luchtverhitter op te tillen tot waar hij
moet worden gemonteerd. Leg hem hierbij op de kant met de lamellen.
De hydraulische aansluitingen aan de zijkant van het toestel hebben geen
dragende functie en mogen dus in geen geval worden gebruikt om het
toestel aan op te hangen.
De montage moet perfect waterpas gebeuren om te vermijden dat er
binnenin de warmtewisselaar luchtbellen ontstaan en om de correcte
afvoer van het condenswater te verzekeren wanneer het toestel voor
afkoeling wordt gebruikt.
Opgelet: gebruik een steeksleutel om de hydraulische aanslui-
tingen vast te draaien. Zo voorkomt u dat de collector draait
en de warmtewisselaar beschadigd raakt (figuur 7)
Wanneer u het toestel als airconditioner gebruikt, moet u een afvoerbuis
voorzien die wijd genoeg is (en voldoende hellingsgraad heeft). Het is
belangrijk dat u de werking ervan eerst controleert vooraleer u het toestel
aanschakelt.
Om condensverlies te vermijden, raden we bij luchtkoeling
aan de AREO i luchtverhitters enkel op de toegelaten
maximumsnelheid van uw type toestel te gebruiken. U vindt
de toegelaten maximumsnelheden per model in de technische
handleiding of in het selectieprogramma (komt idealiter overeen
met 45% van de maximale waarde). Om die snelheid (bij
luchtkoeling) te begrenzen kunt u het programma MYCOMFORT
LARGE instellen (de parameters hiervoor vindt u op de
handbediening)
Opgelet! ENKEL toestellen die OP DE MUUR zijn gemonteerd,
kunnen als airconditioner worden gebruikt.
De watertoevoer moet ter hoogte van de laagste aansluiting gebeuren.
Op die manier kan de lucht beter uit de batterij ontsnappen en kan de
warmtewisselaar correct functioneren.
Ook wanneer u het op het plafond monteert (voor een verticale luchtuitblaas),
moet het toestel perfect waterpas hangen.
Na montage van het toestel kunt u de verstelbare lamellen openen en in
de juiste richting draaien.
6
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
De motoren die standaard met de AREO i luchtverhitters worden gebruikt,
zijn 2 permanente magneten met ingebouwde motorgenerator .
HET IS NIET NODIG DE MOTOR AAN DE BUITENKANT THERMISCH
TE BESCHERMEN. DE VOEDINGSKABEL MOET U WEL BESCHERMEN
Leg altijd eerst de stroom af voor u aan de elektrische verbindingen werkt
en volg steeds de heersende veiligheidsnormen. De bedrading mag enkel
door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd.
Controleer of de netspanning overeenstemt met wat op het plaatje van
het toestel staat aangegeven.
Volg nauwgezet het elektrische schema dat past bij de manier van mon-
teren.
Per luchtverhitter die op dezelfde voedingskabel is aangesloten,
moet een omnipolaire netschakelaar van overspanningscategorie
III worden geïnstalleerd.
Op de tabel van figuur 8 staan de elektrische eigenschappen van de
motoren aangegeven:
SPEED
Toerental van de motor
POWER SUPPLY
Stroomtoevoerspanning
P
Geabsorbeerd elektrisch vermogen
IN
I
Geabsorbeerde stroom
IN
-
Om contact op te nemen met het bedrijf, voor informatie of signale-
22