Inbedrijfstelling
1
Montage
Het apparaat van de sokkel afnemen, handelen volgens afb.
A. Zie voor montage afb. B en C, zie ook de aanwijzingen
voor montage.
2
Bedrading controleren
Een mogelijke aansluiting is weergegeven in hoofdstuk
"Aansluitschema's", echter bij veel ketels kan L en L1
rechtstreeks op de thermostaatklemmen van de ketel
worden aangesloten. Zie ook afb. D en E.
Aanwijzing: geen gevlochten draad gebruiken, alleen
massief draad of gevlochten draad met adereindhulzen.
3
Isolatiestrook verwijderen
Zodra de zwarte isolatiestrook van het batterijcontact wordt
verwijderd, is het apparaat in bedrijf. Zie ook afb. F.
4
Configuratie
4.1
Toegang tot het installateursniveau
Door het gelijktijdig indrukken van de verwarmings- en
koeltoets en het draaiknop eerst tegen klokrichting in,
daarna met klokrichting meedraaien, wordt het
installateusniveau weergegeven. Zie ook afb. H.
4.2
Diverse functies
4.2.1
Opnemer kalibreren
Na het activeren van het installateursniveau, knippert het
symbool CAL. Door drukken op de OK knop knippert de
actueel gemeten temperatuur en deze kan nu door
draaiknop met ± 2 °C opnieuw worden gecalibreerd. De
waarde opslaan met een druk op de OK knop.
(zie ook afbeelding
).
4.2.2
Begrenzing van de gewenste waarde
2 Instelmogelijkheden
of
Op het installateursniveau kan men het knipperende CAL-
symbool met een draaibeweging in klokrichting de display
overschakelen naar het begrenzingssymbool voor de
gewenste waarde (zie ook afbeelding
Bevestigen door in te drukken OK toets 5...29 °C knippert
(fabrieks-instelling). Door in te drukken bevestigen of met
een draaibeweging in klokrichting de instelling 16...29 °C
knippert.
Door in te drukken OK toets bevestigen.
4.2.3
Inschakeloptimalisering
Op het installateusniveau kan men van het knipperende
CAL- symbool met een draaibeweging in klokrichting
overschakelen naar de optimaliseringssymbolen voor het
inschakelen
en
).
Door drukken op de OK toets accepteren,
(fabrieksinstelling) knippert, Optimalisering is uitgeschakeld.
Door drukken op de OK toets accepteren of met een
volgende draaibeweging in klokrichting optimalisering van ¼
h/°C, ½ h/°C of 1 h/°C kiezen. Telkens accepteren d.m.v.
drukken op OK toets.
Siemens / Building Technologies / HVAC Products
).
(zie ook afbeelding
CE1G2216xx
4.2.4
Regelgedrag
Op het installateursniveau kan men van het knipperende
CAL-symbool met verschillende draaibeweging in
klokrichting overschakelen naar de symbolen van
verschillende regelalgoritmen (zie ook afbeelding
Door drukken op de OK toets accepteren.
(fabrieksinstelling) knippert. Door drukken op de OK toets
accepteren of met iedere verdere draaibeweging in
klokrichting het volgende regelgedrag kiezen:
, PID 6, PID 12 of
drukken op de OK toets accepteren. Zie hierna voor de
bevestiging van het regelgedrag (zie ook afbeelding
Zelflerend
Adaptieve regeling: voor alle toepassingen.
PID 12 Normaal regeltraject:
voor toepassing op plaatsen met normale
temperatuurschommelingen.
PID 6
Snel regeltraject:
voor toepassingen op plaatsen met grote
temperatuurschommelingen.
Moeilijk regeltraject:
zuivere tweepuntsregeltraject met 0,5 °C
schakeldifferentie (fabrieksinstelling).
4.2.5
Periodiek draaien van de pomp
Deze functie beveiligt de pomp tijdens langere perioden van
buitenbedrijfstelling tegen eventueel vastzitten.
Het periodiek draaien van de pomp wordt iedere 24 uur om
12:00 uur gedurende een minuut geactiveerd (op de display
verschijnt tijdens deze activiteit het symbool
Op het installateursniveau kan men van het knipperende
CAL-symbool met twee draaibewegingen tegen klokrichting
in af overschakelen naar het symbool
periodiek draaien van de pomp UIT). Door drukken op de
OK toets accepteren.
knippert (fabrieksinstelling) door
drukken op de OK toets accepteren of met een
draaibewegingen in verder gaan. Het symbool
periodiek draaien van de pomp AAN. Door drukken op de
OK toets accepteren
(zie ook afbeelding
).
4.2.6
Bedrijfswijze verwarmen of koelen
Op het installateursniveau kan men van het knipperende
CAL-symbool met een draaibewegingen tegen klokrichting
in af overschakelen naar de symbolen verwarmen / koelen.
Door drukken op de OK toets accepteren, het
verwarmingssymbool
knippert (fabrieksinstelling), door
drukken op de OK toets accepteren of met een
draaibeweging verder gaan. Het koelsymbool
Door drukken op de OK toets accepteren (zie ook
afbeelding
).
1.1.1
Bewakingsbedrijf
Met de bedrijfskeuzeschakelaar
schakelen (zie ook afbeelding
Aanpassen van de standaard waarde (vorstbescherming =
5 °C; oververhittingsbescherming = 35 °C) geschiedt in het
temperaturmenu T bij gewenste waarde
bedienigshandleiding).
2015-02-28
).
. Gewenste regelgedrag door
).
).
(fabrieksinstelling
knippert,
knippert,
op het symbool
).
(zie ook
13/30
DE
EN
FR
IT
ES
NL
SV
TR
HU
PL
CS
EL