Lijm Dek nr. P134 met kontaktlijm op de romp nr. P135. Klem het met
wasknijpers vast, totdat de lijm droog is. Daarna moet de zijkant van de
romp gelijkmatig tot een dikte van 4mm. worden geschuurd. Roer en achter-
steven nr. 1 moeten worden samengelijmd, geschuurd en op de romp wor-
den vastgemaakt.
Op het voorschip lijmt men de stootblok op de boeg, die met lijst nr. 17
afgewerkt wordt. Voordat deze erop gelijmd wordt, moet hij voor het
voorschip aangepast worden, vochtig maken en in vorm buigen.
Op de stoorand moet een ronding geschuurd worden, waarin de boegspriet
nr. 20 moet worden geplaatst.
Op de bovenkant van de verschansing moet de reling aangebracht worden,
afgewerkt met beslagdelen nr. F342 en F663. Wees voorzichtig met boren
van de gaten, zodat U niet de romp beschadigdt.
Bekleed het dek nu met deklijsten nr. 18. Wanneer de lijm goed droog is,
lijm dan de voor en achterkajuit, zo ook de luiken midscheeps. Gebruik
hiervoor strip 14.
Het dak nr. 2, 6 en luik nr. 5 moet op de gegoten opbouw met kontaktlijm
vastgelijmd worden. Lijst nr. 19 moet erop gelegd en gelakt worden. De
resterende accessoires moeten in overeenstemming met de tekening aange-
bracht worden. De masten en bomen moeten in overeenstemming met de
tekening klaargemaakt en gemonteerd worden. De verschillende blok-
ken worden me de takeldraden op de masten en bomen vastgemaakt. Alle
knooppunten moeten versterkt worden met een druppeltje secondenlijm.
Montar con cola la cubierta n. P134 al casco n. P135. Cuando esté seca
la cola, la parte superior del casco se bisela de modo que sea 4 mm por toda
la borda. Las partes del timón n. 1 se juntan con cola, y secada la pieza, se
monta al casco.
A proa se monta la contraquilla, acabándola con la lista n. 17. Antes de
montar la lista con cola, debe ser ajustada a la forma de la proa. Curvar la
lista con cauto a la forma deseada. Al punto a colocar el bauprés se elabora
un rebajo ajustado a la forma del bauprés utilizando una lima redonda.
Fijar la barandilla a la borda, acabando el trabajo con las piezas n. F342
y F663. Taladrar los agujeros con cuidado, ya que es fácil causar daño en el
casco.
Forrar la cubierta con la lista de cubierta n. 18. Cuando esté seca la cola, se
fijan con cola los marcos elaborados de la lista n. 14 rodeando las bajadas
al camarotes de proa y de popa y la escotilla en el centro del buque.
Montar el techo n. 2, 6 y la escotilla n. 5 a sus puntos respectivos y luego
forrar con la lista n. 19. Colocar las piezas restantes como indicado en la
ilustración. Asimismo se acaban y montan los palos y botavaras siguiendo la
ilustración. Las poleas individuales se fijan con hilo de arboladura y de jarcía
a los palos y botavaras. Reforzar los nudos con una gotita de cola de secado
rápido.
4