Husqvarna ROYAL 50S Manual Del Operador página 31

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 70
Voorbereiding
1. Maai het gras nooit op blote voeten of met
sandalen aan. Draag altijd geschikte kleding,
handschoenen en stevige schoenen.
2. Het gebruik van oorbeschermers wordt
aanbevolen.
3. Controleer, dat er geen stokken, botten,
ijzerdraad en rommel in het gras liggen;
deze kunnen door het mes onder hoge
snelheid naar buiten worden geworpen.
4. Vóór gebruik dient u altijd te controleren of mes,
bout van dit mes en het maaimechanisme niet
zijn versleten of beschadigd. Om de juiste balans
te behouden, dient men bij vervanging van het
mes altijd de hele bevestigingsset te vervangen.
5. Defecte geluiddempers dienen vervangen te
worden.
Gebruik
1. Gebruik de machine niet in een afgesloten
ruimte, waar de uitlaatgassen
(koolmonoxide) zich kunnen ophopen.
2. Gebruik de maaimachine alleen bij daglicht
of goed kunstmatig licht.
3. Vermijd waar mogelijk gebruik van de
machine als het gras nat is.
4. Wees voorzichtig dat u niet uitglijdt als het
gras nat is.
5. Wees op hellingen extra voorzichtig dat u
niet uitglijdt en draag niet-slippend schoeisel.
6. Hellingen dienen altijd in overdwarse richting
te worden gemaaid, en niet van boven naar
beneden of andersom.
7. Wees uiterst voorzichtig wanneer u op een
helling van richting verandert.
8. Grasmaaien op hellingen en taluds kan
gevaarlijk zijn. Niet maaien op taluds of
steile hellingen.
9. Loop niet achteruit met de grasmaaier,
omdat u dan zou kunnen struikelen. Altijd
lopen, nooit rennen.
10.Maai het gras nooit door de maaimachine
naar u toe te trekken.
11. Schakel de motor uit voordat u de
grasmaaimachine over andere oppervlakken
dan gras wilt duwen en voor transport van de
maaimachine van en naar het te maaien terrein.
12.De machine mag niet worden gebruikt als de
beschermplaten beschadigd of afwezig zijn.
13.De motor mag niet te hard lopen en de
instellingen van de toerenregelaar mogen niet
worden gemodificeerd. Te hard rijden is gevaarlijk
en verkort de levensduur van de maaimachine.
14.Voordat de motor wordt gestart, dienen alle
mes aandrijfkoppelingen vrij te worden gezet.
15.De grasmaaier dient altijd voorzichtig te worden
gestart, waarbij u er vooral op let dat uw voeten
uit de buurt van de maaimessen blijven.
16.De grasmaaimachine mag niet worden
gekanteld bij het starten van de motor.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
17.Zorg, dat u uw handen uit de buurt houdt
van de grasuitworp als de motor loopt.
18.De maaimachine mag niet worden opgetild
of gedragen met lopende motor.
19.De bougiekabel kan heet worden - wees
voorzichtig.
20.Voer nooit onderhoud uit aan de machine als
de motor heet is.
21.Schakel de motor uit en wacht tot het
maaimes helemaal tot stilstand is gekomen:-
-
als u de machine enige tijd onbeheerd wilt
achterlaten;
22.Schakel de motor uit, wacht tot het maaimes
helemaal tot stilstand is gekomen en
verwijder de bougiekabel:-
-
voordat u de benzinetank bijvult.
-
voordat u een verstopping verwijdert;
-
voordat u controles, reiniging of onderhoud
uitvoert aan het apparaat;
-
als u een vreemd voorwerp raakt. Gebruik
de machine niet totdat u zeker bent dat de
hele grasmaaimachine veilig is voor gebruik;
-
als de maaimachine abnormaal trilt, moet u
stoppe. Te grote trillingen kan letsel
veroorzaken.
23.Als u klaar bent met grasmaaien dient u gas
te verminderen om de motor uit te zetten en,
indien de machine is uitgerust met een
kraan, deze uit zetten.
Onderhoud en opslag
1. Zorg, dat alle moeren, bouten en schroeven
goed zijn aangedraaid zodat de maaier altijd
veilig kan worden gebruikt.
2. Controleer de grasopvangbak/-zak
regelmatig op slijtage.
3. Vervang versleten of beschadigde
onderdelen onmiddellijk.
4. Gebruik voor vervanging uitsluitend originele,
voor deze machine bestemde maaimessen,
bladbouten, vulplaatjes en rotorbladen.
5. Zet de maaier nooit in een ruimte/gebouw
waar benzinedampen in aanraking kunnen
komen met open vuur of vonken als er nog
benzine in de tank zit.
6. Laat de motor altijd eerst afkoelen voordat
de machine wordt opgeborgen in een
afgesloten ruimte.
7. Om brandgevaar te vermijden, dienen de
motor, geluiddemper, accubak en de
brandstoftank vrij te zijn van gras, bladeren
of overmatig veel vet.
8. Als de benzinetank moet worden geleegd,
dient dit buiten te gebeuren.
9. Wees voorzichtig bij het afstellen van de
machine dat uw vingers niet bekneld raken
tussen bewegende maaimessen en vaste
onderdelen van de grasmaaier.
2 - NEDERLANDS
Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Royal 50seRoyal 50s/bbc

Tabla de contenido