CODE
BESCHRIJVING VAN DE FOUT
Overstroombeveiliging: in de bed-
rijfsmodus detecteert de regelaar
E5
continu meer dan 3 seconden
lang een gelijkstroom van de
motor boven de waarde van de
nominale stroom + 6A.
Explosiebeveiliging: ongebruike-
E6
lijke netspanning of motorstoring
beschadigt het motorcircuit van de
aandrijving.
E7
Veiligheidssleutel niet op de juiste
plaats
VOORGESTELDE OPLOSSINGEN
Mogelijke oorzaken: de automatische beveiliging van het
systeem wordt geactiveerd in het geval van een te hoge
stroomsterkte, veroorzaakt door een te hoge belasting of
een vastzittende loopband, waardoor de motor niet meer kan
draaien. Schakel het apparaat uit en start het opnieuw op.
Controleer ook of er een overstroomgeluid of brandlucht is
als de motor draait. Laat de motor vervangen als dat nodig
is. Controleer of de regelaar een abnormale geur afgeeft; zo
ja, laat hem dan vervangen. Controleer of de netspanning
niet klopt of te laag is en gebruik de juiste netspanning voor
een nieuwe test.
Explosiebeveiliging: ongebruikelijke netspanning of motorsto-
ring beschadigt het motorcircuit van de aandrijving.
Stop het apparaat om de foutmodus in te schakelen. De
zoemer klinkt 9 keer en de foutcode wordt weergegeven. Als
het systeem na ongeveer 10 seconden in de stand-bymodus
gaat, kan het opnieuw worden opgestart.
Mogelijke oorzaken: controleer of de netspanning minder
dan 50% van de normale waarde is. Zorg ervoor dat de
spanning goed is en test het apparaat opnieuw.
Controleer of de regelaar een brandlucht afgeeft; zo ja, laat
de regelaar dan vervangen. Controleer ook of de motordra-
den goed zijn aangesloten.
Zet de veiligheidssleutel op de juiste plaats.
Laat indien nodig de veiligheidssleutel vervangen en sluit
deze opnieuw aan op het apparaat.
131
NL