NL
Spanning van de riem halen (16, 17)
Zie ook de aanwijzingen die bij het ac-
cessoire en de snelsluiting zijn gele-
verd.
1. Verwijder de splitpennen of de borgstiften
(16:C) aan beide zijden.
2. Open de snelsluitingen door de achterste ge-
deelten met uw hiel naar beneden te drukken
(16:A).
Nadat de snelsluitingen geopend zijn,
zijn de armen van het accessoire vrij,
en zitten dus niet langer aan de bevesti-
ging vast.
Voor afstel- of onderhoudswerkzaamhe-
den, de armen weer op de sluiting
plaatsen en de sluiting vergrendelen.
1. Voer de noodzakelijke aanpassingen uit,
bijvoorbeeld:
• Haak de riem los.
• Verwissel het accessoire door de armen (18)
los te maken.
Aanspannen van de riem (16; 17)
Span de uiteinden afzonderlijk aan volgens onder-
staande instructies.
Draai de hendel niet met uw handen.
Gevaar voor verwonding door beknel-
ling.
1. Plaats uw voet op de hendel (17:A) en draai
voorzichtig een halve slag naar voren.
2. Installeer de splitpen of de borgstift (16:C).
3. Doe hetzelfde aan de andere kant.
7 STARTEN EN BEDRIJF
7.1
VOORZORGSMAATREGELEN
Controleer altijd of het oliepeil in de
motor correct is. Dit is met name be-
langrijk bij het werken op hellingen (zie
7,4).
Let heel goed op wanneer u gras maait
op hellingen: vermijd bruusk starten of
remmen, rijd niet dwars over de helling,
rijd altijd van boven naar beneden of
van beneden naar boven.
Schakel de parkeerrem in wanneer u de
machine parkeert.
Deze machine mag op een helling
van maximaal 10° rijden, ongeacht de
rijrichting.
16
NEDERLANDS
Neem gas terug op hellingen en wan-
neer u scherpe bochten maakt, om te
voorkomen dat de machine kantelt of u
de controle over de machine verliest.
Wanneer u op de maximumsnelheid
rijdt, het stuur niet volledig draaien. De
machine kan dan kantelen.
Blijf met uw handen en voeten uit de
buurt van de scharnierende koppeling
van de stuurinrichting en van de drager
van de zitting. Gevaar voor verwonding
door beknelling.
7.2
GECOMBINEERD GEBRUIK VAN AC-
CESSOIRES
Zie voor het gecombineerde gebruik
van accessoires de "TABEL VOOR DE
JUISTE COMBINATIE VAN ACCESSOI-
RES" in hoofdstuk "0 TABEL TECHNI-
SCHE GEGEVENS"
7.3
BIJVULLEN MET BENZINE
Gebruik altijd loodvrije benzine. Meng
de benzine niet met olie.
Zie voor de inhoud van de tank "0 TABEL TECHNI-
SCHE GEGEVENS". De tank is doorzichtig, zodat
het peil gemakkelijk gecontroleerd kan worden.
LET OP! De benzine mag niet langer
dan 30 dagen in de tank blijven, anders
bederft hij.
Het is mogelijk om milieuvriendelijke benzine te
gebruiken, bijvoorbeeld alkylaatbenzine. Door zijn
speciale samenstelling heeft deze benzine een
minder slechte uitwerking op het milieu.
Er zijn geen negatieve effecten van het gebru-
ik ervan bekend. In de handel bestaan echter
soorten alkylaatbenzine waarvoor geen precieze
indicaties ten aanzien van het gebruik kunnen
worden gegeven.
Raadpleeg voor meer informatie de instructies en
gegevens die worden geleverd door de fabrikant
van de alkylaatbenzine.
U mag de tank niet volledig vullen.
Laat wat ruimte over (tenminste de volledige
vulmond + 1 - 2 cm boven in de tank) zodat de
benzine, wanneer hij warm wordt, kan uitzetten
zonder over te stromen.
Wanneer u de machine voor de laatste
keer gebruikt voordat u hem voor een
(Vertaling van de originele
gebruiksaanwijzingen)