ORL-nulfunctie:
•
Stel de verdwaalde optische conditie in.
•
Druk in het Hoofdmenu op F2 en vervolgens tweemaal op
F3 om de instelmodus voor de ruisonderdrukking (NF) te
openen.
•
Druk op F2 en NFoffsets voor alle actieve golflengten
worden automatisch ingesteld en opgeslagen. De nieuwe
NF-waarden worden naast de geselecteerde golflengte
weergegeven.
Gebruikerskalibratie (UCAL):
•
Druk in het Hoofdmenu op F2 om ORL-modus te openen.
•
Druk op - of + om de golflengte te selecteren
•
Druk op F3 om de Instelmodus UCAL-offset te openen.
•
Druk op - of + om de gewenste waarde in te voeren.
•
Druk op F2 om de nieuwe instellingen op te slaan of op F1
om de nieuwe instellingen te annuleren.
Offset gebruikerskalibratie (UCAL) en nulfunctie
(ruisonderdrukking) terugzetten naar fabrieksinstellingen:
•
Druk in het Hoofdmenu op F2 om ORL-modus te openen.
•
Druk tweemaal op F3 om de Instelmodus ruisonderdrukking
te openen.
•
[Voor instrument met slechts 1 stuks bi-directionele poort]:
houd F2 ingedrukt en vervolgens Toggle Centre tot het
piepen stopt.
•
[Voor instrument met 2 stuks bi-directionele poorten]:
-
Voor SM-poort: houd F2 ingedrukt en vervolgens "-" tot
het piepen stopt.
-
Voor MM-poort: houd F2 ingedrukt en vervolgens "+"
tot het piepen stopt.
Werking zichtbare laser:
•
Druk in het Hoofdmenu op F1 om het Bronmenu te openen.
•
Druk op - of + om 650 nm te selecteren om zichtbaar rood
licht in te schakelen.
•
Druk op Toggle Centre om het zichtbare rode licht uit te
schakelen.
•
Druk op F1 om terug te keren naar het Hoofdmenu.
Instrumentgegevens wissen:
Om alle delen van het niet-vluchtige gebruikersgeheugen,
inclusief gebruikersgegevens, te wissen en de
standaardinstellingen van het instrument te herstellen:
•
Schakel het instrument in.
•
Open Geheugenmodus door op de toets boven "MEMORY"
te drukken.
•
Houd deze toetsen ingedrukt: "MEMORY", F2, F4, Toggle
Centre gelijktijdig gedurende 3 seconden tot het piepen
stopt. "dFLt" wordt tijdens de werking weergegeven.