Beschrijving Van De Functies - Makita HM1511 Manual De Instrucciones

BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap
is uitgeschakeld en de stekker ervan uit het stop-
contact is verwijderd alvorens de functies op het
gereedschap te controleren of af te stellen.
De trekkerschakelaar gebruiken
LET OP:
Controleer altijd, voordat u de stek-
ker van het gereedschap in het stopcontact steekt,
of de schakelhendel op de juiste manier schakelt
en weer terugkeert naar de uit-stand (OFF).
LET OP:
De schakelaar kan worden vergrendeld
in de aan-stand ten behoeve van het gebruikersge-
mak bij langdurig gebruik. Wees extra voorzichtig
wanneer u de schakelaar in de aan-stand vergren-
delt en houd het gereedschap altijd stevig vast.
Om het gereedschap te starten, duwt u de schakelhen-
del naar de aan-stand (ON I) aan de linkerkant van het
gereedschap. Om het gereedschap te stoppen, duwt
u de schakelhendel naar de uit-stand (OFF O) aan de
rechterkant van het gereedschap.
► Fig.1: 1. Aan-uitschakelaar
Indicatorlampje
Het voedingslampje brandt groen wanneer het gereed-
schap is aangesloten op een stopcontact.
Als het indicatorlampje niet brandt, kan het netsnoer of
de regelaar een storing veroorzaken.
Als het indicatorlampje brandt, maar het gereedschap
niet start ondanks dat het gereedschap ingeschakeld is,
kunnen de koolborstels versleten zijn, of kan de regelaar,
de motor of de schakelaar een storing veroorzaken.
Het onderhoudslampje knippert rood wanneer de kool-
borstels bijna versleten zijn om aan te geven dat het
gereedschap service nodig heeft.
Na ongeveer 8 uur gebruik wordt de motor automatisch
uitgeschakeld.
► Fig.2: 1. Voedingslampje (groen)
2. Onderhoudslampje (rood)
Elektronische functies
Het gereedschap is uitgerust met elektronische functies
voor een eenvoudige bediening.
• Functie voor zacht onbelast draaien
(alleen voor de modellen HM1511 en HM1512)
Het aantal slagen per minuut bij nullast wordt
lager dan het aantal slagen met belasting om de
trillingen bij nullast te verminderen, maar dit duidt
niet op een probleem.
Zodra het bit het beton raakt, neemt het aantal
slagen per minuut toe.
Bij lage temperatuur is het mogelijk dat deze
functie van het gereedschap niet werkt ondanks
dat de motor draait.
• Zachte start
De functie zachte-start minimaliseert de start-
schok en laat het gereedschap geleidelijk starten.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en dat zijn stekker uit het stop-
contact is verwijderd alvorens enig werk aan het
gereedschap uit te voeren.
Zijhandvat (hulphandgreep)
LET OP:
Gebruik altijd het zijhandvat om
veilig te kunnen werken.
LET OP:
Na het aanbrengen of afstellen van
het zijhandvat, controleert u of het zijhandvat
stevig is vastgezet.
Het zijhandvat kan over 360° om de verticale as worden
gedraaid zodat deze in elke gewenste stand kan wor-
den vastgezet.
Draai de klemmoer los om het zijhandvat naar de
gewenste stand te draaien en draai daarna de klem-
moer stevig vast.
► Fig.3: 1. Zijhandvat 2. Klemmoer
Het bit aanbrengen en verwijderen
Smeren
Reinig het uiteinde van de schacht van het bit en smeer
het met vet voordat u het bit aanbrengt.
Smeer het uiteinde van de schacht van het bit vooraf in met een beetje vet (ong. 0,5 tot 1 gram). Met een
ingevette boorkop zal het gereedschap beter werken en
langer meegaan.
► Fig.4: 1. Uiteinde van de schacht 2. Smeren
Het bit aanbrengen
LET OP:
Verzeker u er altijd van dat het bit stevig
vastzit door te proberen het bit uit de bithouder te
trekken nadat de bovenstaande procedure is voltooid.
Alleen voor de modellen HM1511 en
HM1501
Houdt de inkeping op de schacht van het bit aan de
kant van de bitklem en steek het bit zo ver mogelijk in
de bithouder. Trek daarna de bitklem naar buiten en
draai hem 180° om het bit te vergrendelen.
► Fig.5: 1. Bit 2. Bitklem 3. Bithouder
Alleen voor de modellen HM1512 en
HM1502
In dit gereedschap kunnen bits met en zonder kraag op
de schacht worden gebruikt.
► Fig.6: 1. Bit met kraag 2. Bit zonder kraag
Om het bit aan te brengen, volgt u de hieronder
beschreven procedure (1) of (2).
KENNISGEVING:
wordt vastgezet met procedure (1).
25 NEDERLANDS
Een bit zonder kraag kan niet