7. [Wind speed] (Windsnelheid)
8. [Swing] (Draaien)
9. [Timing]. (Timing)
10. [Preset] (Preset)
Koelen
(1) Druk op de toets [mode] (Modus) om de koelfunctie te activeren.
(2) Druk op de toets [+] of [-] om de temperatuur voor koeling in te stellen en
(3) Druk op de toets [wind speed] (windsnelheid) om een lage windsnelheid,
(4) Druk op de toets [swing wind] (windrichting draaien) om de bovenste en
Opmerking:
Sterke koeling
Deze modus kan worden gebruikt wanneer snel koelen nodig is.
(1) Druk op de toets [mode] (Modus) om de functie geforceerd koelen te
(2) Druk op de toets [+] of [-] om de temperatuur voor sterk koelen in te stellen
(3) Druk op de toets [swing wind] (windrichting draaien) om de bovenste en
Opmerking:
NL
142
Druk op deze toets om de ventilatorsnelheid te selecteren: Gemiddeld, hoog,
automatisch en laag.
Druk op deze toets om de luchtrichting omhoog of omlaag te zetten of om
het draaien te stoppen.
Druk, in elke modus (koelen, sterk koelen, ontvochtigen, koel houden, warm
houden, ventilatie) op [timing] om de eindtijd van de betreffende modus in
te stellen.
Druk na het inschakelen op [timing] om de modus in te stellen en de begin-
en eindtijd van die modus.
Druk op deze toets om de uren in te stellen waarop de airconditioner
gebruikt zal worden en waarop deze eenheid de energie (warm houden/
koud houden) automatisch zal opslaan gedurende deze periode.
het temperatuurbereik in te stellen tussen 16ºC en 32ºC.
een gemiddelde windsnelheid, een hoge windsnelheid en een automatische
windsnelheid met 4 niveaus te selecteren.
onderste schoepen te laten draaien of stoppen.
a. Het geeft de actuele temperatuur van de luchtinlaat weer tijdens koelen.
b. Als het koelvermogen van het water in de watertank is opgebruikt (het
water bereikt een temperatuur van 40ºC), wordt het koelen gestopt en
kan het water alleen worden gebruikt nadat het water voor koel houden
of het warme water in de watertank is vervangen.
selecteren.
en het temperatuurbereik in te stellen tussen 16ºC en 32ºC.
onderste schoepen te laten draaien of stoppen.
a. Het geeft de actuele temperatuur van de luchtinlaat weer tijdens
koelen.
b. Als het koelvermogen van het water in de watertank is opgebruikt (het
water bereikt een temperatuur van 40ºC), wordt het koelen gestopt en