Chicco Audio Digital Instrucciones De Uso página 49

horen. Zodra de verbinding wordt hersteld, wordt het geluids-
signaal uitgeschakeld en blijft de LED van de voedingsindicatie
(5) met groen vast licht branden;
• Melding dat de oplaadbare batterijdoos leeg aan het raken is:
de LED van de voedingsindicatie (5) brandt rood en er is tege-
lijkertijd een "piep" geluidssignaal per seconde te horen. Als u
het toestel wilt blijven gebruiken, wordt aangeraden de oplaad-
bare batterijdoos (13) op te laden, omdat het toestel anders
ophoudt met werken. Laad de oplaadbare batterijdoos (13) op
via de netadapters (1) of door de oudereenheid (ontvanger) op
haar plaats (9) in de kindereenheid (zender) te zetten, die met
netstroom wordt gevoed.
Als de oplaadbare batterijdoos wordt opgeladen, wordt het ge-
luidssignaal uitgeschakeld en gaat de LED van de voedingsindica-
tie (5) oranje branden.
• Indicatie van de staat van de oplaadbare batterijdoos: als de op-
laadbare batterijdoos (13) wordt opgeladen [wat via netadapter
(1) kan, of door de oudereenheid (ontvanger) op de hiervoor
bestemde plaats (9) in de kindereenheid (zender) te zetten],
gaat de LED van de voedingsindicatie (5) oranje branden. Bij een
minimum lading van de oplaadbare batterijdoos (13) begint de
oranje LED van de voedingsindicatie (5) te knipperen om tijdens
het opladen vast te gaan branden.
Bij het bereiken van het maximale laadniveau van de oplaadbare
batterijdoos (13) gaat de oranje LED van de voedingsindicatie (5)
uit als de oudereenheid (ontvanger) uitgeschakeld wordt opge-
laden, of gaat groen branden als de oudereenheid (ontvanger)
ingeschakeld wordt opgeladen.
Lichtbalk (4 oranje LEDS), die het niveau aangeeft van de gelui-
den, die het kind maakt (4). De vier LEDS geven het volumeniveau
weer dat door de microfoon (6) van de kindereenheid (zender)
wordt opgevangen: ze gaan toenemend van beneden naar boven
branden en geven zo de geluidssterkte van het laagste niveau tot
het hoogste aan.
Oranje LED verlichting rondom de ON/OFF toets met werking
bij stemactivering (7) :
Als het lampje gaat branden, wil dat zeggen dat de stemactive-
ringsfunctie is ingeschakeld. Als het uitgaat, wil dat zeggen dat er
een voortdurende zending van door het kind gemaakte geluiden
is. De gekozen staat blijft bij de volgende inschakeling in het ge-
heugen opgeslagen.
OPMERKING: als de oudereenheid (ontvanger) wordt
aangezet, zoekt hij het verbindingskanaal met de kindereenheid
(zender). De led van de voedingsindicatie (5) blijft daarom knip-
peren tot de verbinding met de kindereenheid (zender) wordt
gemaakt.
Let op!
Controleer na inschakeling van de oudereenheid (ontvanger)
altijd of de kindereenheid (zender) is ingeschakeld! Controleer,
nadat de eenheden zijn ingeschakeld altijd of het uitgezonden
signaal inderdaad op de door jou voorziene afstand en/of gebie-
den kan worden ontvangen.
Aangeraden wordt met behulp van een familielid een zendtest
te verrichten vanuit de kamer waar de kindereenheid (zender) is
geplaatst en tegelijkertijd met de oudereenheid (ontvanger) naar
de door jou voorziene gebieden te gaan om de juiste ontvangst
van het uitgezonden signaal te controleren.
3. De batterijen van de kindereenheid (zender)
en de oplaadbare batterijdoos van de oude-
reenheid (ontvanger) vervangen
Waarschuwingen: deze handelingen mogen uitsluitend
worden verricht door een volwassene
• Gebruik alleen alkalinebatterijen [kindereenheid (zender)] en
een oplaadbare batterijdoos [oudereenheid (ontvanger)], die
hetzelfde of gelijkwaardig zijn (dezelfde elektrische kenmerken
hebben) aan het type, dat in deze handleiding staat.
• Verwijder de alkalinebatterijen en/of de oplaadbare batterijdoos
altijd als ze leeg zijn en/of als je voorziet dat je de zender en
de ontvanger gedurende langere tijd niet gebruikt. Dit om te
voorkomen dat de vloeistof die erin zit uit de lege batterijen kan
lekken en de apparaten en/of wat zich in de buurt bevindt kan
beschadigen.
• Laat de polen van de batterijen niet kortsluiten.
• Gebruik geen oplaadbare batterijen in de kindereenheid (zen-
der).
Opmerking:
• Als de oplaadbare batterijdoos erg snel weer leeg is, wil dat zeg-
gen dat hij op is en dus moet worden vervangen (dit is normaal,
omdat oplaadbare batterijen na een bepaalde tijd gewoon op
zijn)
• De bijgeleverde oplaadbare batterijdoos moet worden opgela-
den door alleen de oudereenheid (ontvanger) te gebruiken, die
door de bij dit product geleverde netadapters wordt gevoed, of
door hem op de oplader (9) van de kindereenheid (zender) te
zetten.
• Probeer niet om niet oplaadbare batterijen op te laden. Deze
zouden kunnen ontploffen.
• Dit product is niet ontworpen voor werking op lithium batte-
rijen.
LET OP: oneigenlijk gebruik kan een gevaarlijke situatie
teweegbrengen.
• Laat nooit lege batterijen in de kindereenheid (zender). Zorg er-
voor dat ze onmiddellijk worden vervangen, omdat ze bijtende
en/of gevaarlijke vloeistoffen kunnen lekken.
• Laat nooit de lege batterijdoos in de oudereenheid (ontvanger).
Zorg ervoor dat hij onmiddellijk wordt opgeladen (of eventueel
wordt vervangen als hij op is), omdat er bijtende en/of gevaar-
lijke vloeistoffen uit kunnen lekken.
• Indien de batterijen zouden lekken, bescherm je je handen goed
en vervang je ze onmiddellijk. Zorg ervoor dat je het batterijen-
vakje en wat nog met de vloeistof in aanraking is gekomen goed
schoonmaakt. Was je handen goed na deze handelingen. Gooi
de batterijen, overeenkomstig de geldende wetten, via de ge-
scheiden afvalverwerking voor lege batterijen weg. Laat ze niet
in het milieu achter en verbrand ze niet.
• Meng geen verschillende soorten of merken batterijen, of lege
met nieuwe batterijen in het batterijenvakje van de kindereen-
heid (zender)
• Doe de batterijen in de kindereenheid (zender) en controleer
altijd dat de polen zich aan de goede kant bevinden, die in het
batterijvakje staat
• Doe de oplaadbare batterijdoos in de oudereenheid (ontvanger)
en controleer altijd dat de polen van de stekker goed zijn aan-
gebracht.
• Verwijder de alkalinebatterijen/oplaadbare batterijdoos uit het
product, voordat u het afdankt.
• Houd de alkalinebatterijen/oplaadbare batterijdoos en/of even-
tueel gereedschap dat voor de verwijdering ervan is gebruikt
buiten het bereik van kinderen.
• Gooi de batterijen/oplaadbare batterijdoos niet in het vuur en
laat ze niet in het milieu achter en doe ze niet bij het huisafval,
maar gooi ze volgens de geldende wetten via de gescheiden af-
valverwerking weg.
3.1 De alkalinebatterijen van de kindereenheid (zender) ver-
vangen
Draai de bevestigingsschroef van het dekseltje van het batterij-
49