Stand Drogen
•
Wanneer de luchtvochtigheid hoog is, kan de unit werken
in de stand Drogen. Druk op de knop <MODE> en kies
<DRY>.
•
Als de kamertemperatuur 2°C/3.6°F hoger is dan de
ingestelde temperatuur, werkt de airconditioner in de stand
Koelen tot minder dan 2°C/3.6°F verschil vergeleken bij
de ingestelde temperatuur wordt bereikt en daarna wordt
overgeschakeld naar de stand Drogen.
•
Als de kamertemperatuur op minder dan 2°C/3.6°F verschil
vergeleken met de ingestelde temperatuur ligt, werkt het
toestel direct in de stand Drogen.
•
De unit werkt bij LOW snelheid in de stand Drogen.
Stand Verwarmen (alleen voor warmtepomp-unit)
•
Wanneer de unit op de instelling koude lucht staat, begint
de binnenventilator alleen te werken wanneer de spoel de
gewenste temperatuur bereikt.
•
Voor de instelling stand Ventilator werkt de binnenventilator
ononderbroken wanneer de unit eenmaal is ingeschakeld
(ON).
•
Wanneer de ingestelde temperatuur wordt bereikt, werkt
de binnenventilator tot de spoel geen extra warmte meer
kan leveren.
Luchtstroomregeling
•
U kunt voor een effectievere luchtcirculatie met de hand het
luchtuitstootrooster naar links of naar rechts verstellen.
•
Tijdens werking in de stand Koelen en in de stand Drogen
moet u de jaloezie van de luchtuitstoot niet te lang naar
beneden richten. Als het toestel op deze manier blijft
werken, kan condens ontstaan op de jaloezie en dan kunnen
er druppels afvallen.
Ventilatorsnelheid en Nominale Koelcapaciteit
•
De nominale koelcapaciteit wordt geleverd bij de
ventilatorsnelheid HIGH.
•
De koelcapaciteit is lager wanneer de unit op de
ventilatorsnelheid MEDIUM en LOW werkt.
Bedrijfsgrenswaarden:
Thermische drager: Water
Watertemperatuur: 4-10°C Koeling; 35-50°C Verwarming
Maximale waterdruk: 16 bar
Luchttemperatuur: (zoals hieronder)
Stand Koelen
Temperatuur
Minimum-binnen-
temperatuur
Maximum-binnen-
temperatuur
BEDIENING AIRCONDITIONER-UNIT
WERKINGSBEREIK
Ts °C/°F
Th °C/°F
19,0 / 66,2
14,0 / 57,2
32,0 / 89,6
23,0 / 73,4
Opmerkingen over flappen en hoeken van de
Jaloezieën
•
Wanneer de "toets SWING" wordt geselecteerd, is het
bereik van het zwaaien van de flappen afhankelijk van de
ingeschakelde stand. (Zie de afbeelding.)
ATTENTIE
•
Stel de hoek van de flappen altijd af met een
afstandsbediening. Als u probeert de stand met de hand
in een bepaalde stand te forceren, wanneer de flappen
zwaaien, kan het mechanisme afbreken.
•
Ga voorzichtig te werk bij het afstellen van de jaloezieën.
Binnen de luchtuitlaat draait een ventilator op hoge
snelheid.
In stand KOELEN, DROGEN en VENTILEREN
In stilstand
Bovengrens 55˚
Ondergrens 75˚
In stand VERWARMEN
In stilstand
Bovengrens 70˚
Ondergrens 110˚
Stand Verwarmen
Temperatuur
Minimum-binnen-
temperatuur
Maximum-binnen-
temperatuur
Ts: Droge luchttemperatuur.
4-8
Ts °C/°F
Th °C/°F
15,0 / 59,0
-
27,0 / 80,6
-
Th: Natte luchttemperatuur.