LUCHTCIRCULATIE
In deze functie zal het apparaat alleen de lucht circ u l e ren. De ingaande lucht
wordt dus niet gekoeld of ontvochtigd.
Als het apparaat in deze functie ingesteld is kunt u de volgende handelingen
verrichten:
•
Met de
-toets kunt u de gewenste ventilatorsnelheid instellen. Door op
de
-toets te drukken verspringt de ventilatorsnelheid als volgt:
-
Hoogste snelheid
-
Middelste snelheid
-
Laagste snelheid
Bij het uitschakelen van het apparaat zal de laatst ingestelde functie word e n
onthouden.
Indien gewenst kunt u gebruik maken van de timer functie. Met deze functie
kunt u het apparaat op een vooraf ingestelde tijd laten in- of uitschakelen.
Ga hiervoor als volgt te werk:
INSCHAKELEN
•
Zorg ervoor dat het apparaat in de juiste functie staat:
•
Zet het apparaat uit door op
stekker goed in het stopcontact zit.
•
Druk op de
-toets. Het lampje "Timer set" zal gaan knipperen.
•
Stel nu met de knoppen
•
Als de ingestelde tijd voorbij is zal het apparaat inschakelen.
UITSCHAKELEN
•
D ruk tijdens de werking van het apparaat op de
"Timer set" zal gaan knipperen.
•
Stel nu met de knoppen
•
Als de ingestelde tijd voorbij is zal het apparaat uitschakelen.
O P M E R K I N G E N
Om de levensduur van de compressor te verlengen is deze zo ingesteld,
dat deze pas drie minuten na het (weer) aanzetten van het apparaat
begint te werken.
Het koelsysteem wordt uitgezet zodra de omgevingstemperatuur lager
is dan de ingestelde waarde. De ventilator blijft op de ingestelde
snelheid werken. Als de omgevingstemperatuur weer boven de
ingestelde waarde stijgt, wordt het koelen hervat.
-toets te drukken, zorg er wel voor dat de
en
een tijd in tussen de 1 en 12 uur.
en
een tijd in tussen de 1 en 12 uur.
,
of
.
-toets. Het lampje
1
81