Universele klem
De universele klem maakt bevestiging van de ontvanger aan een baak of
lat mogelijk.
Kenmerken en functies
1. Bevestigingslip—hiermee wordt de ontvanger aan de universele
klem bevestigd.
2. Klauwen—sluiten/openen om de universele klem te bevestigen aan
een baak of een lat.
3. Klauwschroef—dient om de klauwen dicht/open te draaien.
4. Afleesrand—staat op één lijn met de 'op niveau' markeringskerven
van de ontvanger.
5. Schroefgaten voor doosniveau—waar het optionele doosniveau kan
worden bevestigd.
80
EMC Conformiteitverklaring
1
2
5
9
–
–
3
4