Triton T6 Pocket-Hole Jig Instrucciones De Uso página 8

Inleiding
Hartelijk dank voor de aankoop van dit Triton-product. Deze handleiding omvat
informatie die nodig is voor een veilig en efficiënt gebruik van dit product. Dit product
is in het bezit van unieke kenmerken en, zelfs indien u bekend bent met gelijkaardige
producten, is het nodig om deze handleiding aandachtig door te lezen om er zeker van
te zijn dat u de instructies volledig begrijpt. Zorg ervoor dat alle gebruikers van het
product deze handleiding volledig gelezen en begrepen hebben.
Modellen
Deze handleiding is bedoeld voor de volgende modellen:
• Triton T6 Pocket-boormal
• Triton T6 Pocket-boormal Masterset
De informatie en de instructies zijn identiek voor beide modellen. Zij verschillen enkel
voor wat betreft de inbegrepen accessoires.
Productonderdelen
1. Pocket-boormal
2. Aanpasser
3. Klauwhefboom
4. Boorvergrendeling (SpeedDrive™)
5. Dieptestaaf
6. Diepteschaal
7. Diepte-instelling
8. Klauwen
9. Beugel
10. Stofafvoerpoort x 2
11. Bevestigingsgat x 4
12. Stofafvoeradapter
13. Verbindingen
14. Werkaanslag x 2 (T6PHJ kleine werkaanslag x 1)
15. Werksteun x 2
16. Pluggen
17. Schroeven
18. Zeskantsleutel
19. Vierkante aandrijfstang 150 mm
20. Boorbit
21. Dieptekraag
Voorzien gebruik
Op de werkbank gemonteerde pocket-boormal voor herhaald gebruik bij het uitvoeren van hout
verbindingen. Kan gebruikt worden voor het bevestigen van panelen en hoekverbindingen.
Voorafgaand aan het gebruik
WAARSCHUWING: Respecteer steeds alle veiligheidswaarschuwingen en - instructies
wanneer u gebruik maakt van elektrisch gereedschap in combinatie van dit product.
BELANGRIJK: Train altijd op een stukje hout voordat u een pocketgat in het werkstuk maakt.
Assembleren van de werksteunen
De optionele werksteunen (15) voegen extra stabiliteit toe aan het werkstuk en zorgen voor
consistente resultaten wanneer in meerdere werkstukken geboord met dezelfde lengte
(Afbeelding. A).
1. Lijn de locatiepen uit aan het einde van de werksteun met het gat in de beugel (9) aan de
zijkant van de mal (1), en druk omlaag (Afbeelding. B)
Opmerking: De gaten in de verbinding kunnen gebruikt worden om de werksteun/mal op de
NL EN
werkbank te schroeven.
2. Schuif een werkaanslag (14) op de werksteun en zet hem vast in de gewenste positie
(Afbeelding. A)
Opmerking: Er zijn twee verschillende soorten werkaanslagen, met verschillende afmetingen.
Selecteer deze die het meest geschikt voor het werkstuk.
Opmerking: Alleen de kleine werkaanslag maakt deel uit van de T6PHJ.
Opmerking: De werksteunen kunnen langs beide zijde van de mal geplaatst worden, of beide
aan één zijde, door de werksteunen bij elkaar te brengen met behulp van de verbinders (13)
(Afbeelding. C).
Opmerking: Bijkomende werksteunen en verbinders kunnen aangekocht worden om zodoende
de Werksteun te verlengen.
8 8
Vertaling van de originele instructies
Aanbrengen van de diepteschaal
De diepteschaal (6) kan vervangen worden door een exemplaar in imperial of in metrische
maten (Afbeelding. D).
1. Verwijder de actuele diepteschaal, indien aanwezig, door deze uit de houder te halen
2. Selecteer de gewenste diepteschaal, en duw deze in de houder
Opstelling voor stofafvoer
Opmerking: Stofafvoer wordt gerealiseerd via een stofafvoerpoort (10) die zich langs de
zijkant van de mal vindt (1).
1. Breng de stofafvoeradapter (12) aan in de stofafvoerpoort (10) (Afbeelding. E)
2. Verbind de slang van het stofafvoergereedschap (niet meegeleverd) met de stofafvoerpoort
Opmerking: Raadpleeg de instructies van uw stofextractor voor details betreffende de wijze
waarop de verbinding met de Extractoradapter dient gerealiseerd te worden.
WAARSCHUWING: Blokkeer de stofavoerpoort aan de tegenovergelegen zijde niet omdat
deze nodig is om een ongehinderde luchtstroming door de mal mogelijk te maken.
Werking
WAARSCHUWING: Het is aan te bevelen om de mal (1) en de werksteunen (15) te
bevestigen op een stabiel en vlak oppervlak met behulp van de bevestigingsgaten (11).
WAARSCHUWING: Laat de boormachine NIET draaien wanneer het boorbit (20) in de
boorgeleiding wordt aangebracht of eruit verwijderd wordt.
1. Plaats het boorbit (20) in de dieptestaaf (5) met behulp van de diepteschaal (6) om het
correcte gat vast te stellen voor de diepte van het hout waarin geboord wordt
2. Schuif de dieptekraag (21) op het boorbit en zet hem vast met behulp van een
zeskantsleutel (18) (Afbeelding. F)
3. Activeer de boorvergrendeling SpeedDrive™ (4) (Afbeelding. G).
Opmerking: Gebruik de vrijgaveknop om de boorvergrendeling SpeedDrive™ om het boorbit
aan te brengen of te verwijderen (Afbeelding. H).
4. Plaats het boorbit in één van de boorgeleidingen, en stel de diepteaanpassing (7) in op de
gewenste diepte met behulp van de diepteschaal aan de zijkant van de diepteaanpassing
(Afbeelding. I)
Opmerking: De punt van het boorbit dient net in de overeenstemmende groef te steken ter
hoogte van de basis van de klauwen (Afbeelding. I).
5. Trek het boorbit terug tot het op zijn plaats blijft vastzitten.
6. Plaats het werkstuk in de klauwen van de mal en sluit deze met behulp van de aanpasser
(2) (Afbeelding. J). Zorg ervoor dat er net voldoende ruimte aanwezig is tussen de klauwen
en het werkstuk, zodat het werkstuk gemakkelijk verplaatst of verwijderd kan worden.
Opmerking: Gebruik de optionele werkaanslagen (14) om het werkstuk te positioneren
(Afbeelding. A).
7. Gebruik de klauwhefboom (3) om het hout vast te zetten (Afbeelding. K)
8. Verbind de boormachine (niet meegeleverd) met het boorbit
9. Start de boormachine en verplaats het boorbit traag tot de kraag contact maakt met de
mal.
Opmerking: De boormachine zal automatisch de vergrendeling vrijgeven wanneer ze start.
Opmerking: Gebruik de boormachine in de snelle stand en houd deze snelheid aan tijdens
het boren.
10. Trek het boorbit terug tot het contact maakt met de vergrendeling, en schakel de
boormachine uit.
11. Los de klauwhefboom en herpositioneer of verwijder het werkstuk
12. Na alle gaten geboord te hebben, is het werkstuk klaar voor assemblage met behulp
van de pocket schroeven (Afbeelding. L). Zie de onderstaande tabel voor de aanbevolen
schroefgroottes
Opmerking: De mal kan gebruikt worden zonde de boorvergrendeling SpeedDrive™ door de
vergrendeling uit te schakelen (Afbeelding. G)
Opmerking: De pocketboormal kan gebruikt worden voor verbinden van panelen (Afbeelding. M)
• Bij het bepalen van de positie van de pocket gaten dient u in het achterhoofd te houden
dat de schroeven in de randvezels of in de kopse vezels dienen te gaan, maar niet in de
eindvezels (Afbeelding. N). Het gebruik van de eindvezels kan aanleiding geven tot een
zwakkere verbinding
Houtdikte
13 – 18 mm / 1/2" – 11/16"
19 – 25 mm / 3/4"– 1"
26 – 30 mm / 1" – 1-1/4"
31 – 37 mm / 1-1/4" – 1-7/16"
38 mm / 1-1/2"
Schroef
25 mm / 1"
30 mm / 1-1/4"
35 mm / 1-1/2"
50 mm / 2"
60 mm / 2-1/2"