STANDAARDCONFIGURATIE DIMSCHAKELAAR
Dip.
Dip.
Beschrijving van de functie
1
2
ON ON
Thermostaatinstelling ventilator
Thermostaatinstelling kleppen en continue werking ventilator
OFF ON
ON OFF
Gelijktijdige thermostaatinstelling kleppen en ventilator
OFF OFF
Thermostaatinstelling kleppen voor installaties met 4 leidingen,
met automatische omschakeling zomer-winter in functie van de
luchttemperatuur en met dode zone van 2°C.
Positie op de fiche van de DIMSCHAKELAAR en de strip J1
(STANDAARD)
Dimschakelaar 1 = ON
Dimschakelaar 2 = ON
Na selectie van de gewenste functies, monteert u de bediening aan de muur
van de ruimte die moet worden verwarmd of afgekoeld, op een hoogte van
circa 1,5m, aan een tussenwand en ver van warmtebronnen en koude
luchtstromen; koppel het klemmenbord M1-M2 op de elektronische fiche aan
het klemmenbord gesitueerd op de zijkant van de ventilator-convector, conform
het geselecteerd schema en de schakelschema's (pag.16/17). Maak voor de
verbinding tussen de thermostaat en de ventilator-convector gebruik van
kabels met een doorsnede van 0,75 mm
MWT dient te worden gekoppeld aan het klemmenbord M3.
OPGELET: met de bediening in de OFF-stand wordt de ventilator-
convector nog gevoed met 230V. Breng het apparaat buiten spanning
vóór elke onderhoudsbeurt.
Om meerdere ventilator-convectoren te bedienen vanaf een enkele eenheid,
volstaat het dat de apparaten voorzien zijn van Schakelaars REL 1.
TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN BEDIENING
1) voeding: 230 V.C.A
2) Regelbereik thermostaat van 15 tot 30°C met differentiaal 1°C
3) bedrijfstemperatuur 0/40°C
4) opslagtemperatuur -20 / +70°C
5) behuizing ABS
6) beveiliging IP 20
7) aansluiting met klemmenbord van gedrukte schakeling
8) 3 relais van 8 (2) A, 250 V.A.C. (I-II-III snelheden motor)
9) 2 relais van 6 (1,5) A, 250 V.A.C.
10) 1 optisch geïsoleerde ingang voor seizoensomschakeling van op afstand
11) 1 sonde om temperatuur ingang water te meten
12) Controle toestand sonde: in gevallen waarin de luchtsonde onderbroken
is of een kortsluiting ondergaat, gaat de bediening over op de continue
werking (uitgangskleppen bekrachtigd en ventilatie actief) en begint
het rood controlelampje vooraan op de bediening te knipperen; in de
configuratie "automatische omschakeling zomer – winter" is de
bediening niet actief en knippert alleen het controlelampje.
• WERKPROGRAMMA MET DODE ZONE
Thermostaatinstelling kleppen en continue werking motor
Dimschakelaar 1 off
Dimschakelaar 2 off
Met dit programma wordt de functie voor de omschakeling van de Zomer-
/Wintercyclus gedeactiveerd.
Werkingsschema met dode zone.
Stand 3 = Elektromagnetische klep warm water off
Stand 3' = Elektromagnetische klep koud water off
Stand 4 = Elektromagnetische klep warm water on
Stand 4' = Elektromagnetische klep koud water on
Snelheid:
I = min
II = med
J1 = 1-2 gesloten
2
. De eventuele minimumwatersonde
III = max
13
