S3 BLACK
NL
BELANGRIJKE MEDEDELINGEN
BELANGRIJK: LEES DEZE INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK AAN-
DACHTIG DOOR, OM GEVAREN BIJ HET GEBRUIK TE VOORKO-
MEN. BEWAAR ZE VOOR LATERE RAADPLEGING.
LET OP: VERWIJDER VOOR HET GEBRUIK EVENTUELE PLASTIC
ZAKKEN EN ALLE ANDERE VERPAKKINGSONDERDELEN EN GOOI
ZE WEG OF HOUD ZE IN IEDER GEVAL BUITEN HET BEREIK VAN
KINDEREN.
WAARSCHUWINGEN
• LET OP: het kan gevaarlijk zijn het kind zonder toezicht te laten.
• LET OP: controleer voor de montage dat het artikel en zijn on-
derdelen niet beschadigd zijn tijdens het transport. In dit geval
mag het artikel niet worden gebruikt en dient het buiten het
bereik van kinderen te worden gehouden.
• De wandelwagen mag worden gebruikt voor kinderen vanaf de ge-
boorte tot 36 maanden, en tot een gewicht van maximaal 15 kg.
• Voor kinderen vanaf de geboorte tot de leeftijd van ongeveer 6
maanden moet de rugleuning op de volledig neergelaten stand
worden gebruikt.
• LET OP: voor het gebruik dient u zich ervan te verzekeren dat
alle veiligheidsmechanismen correct zijn aangebracht. Verzeker
u er in het bijzonder van dat de wandelwagen op de open stand
vergrendeld is, door te controleren dat de twee zijkanten op hun
plaats vastgezet zijn
• Laad niet meer dan 3 kg gewicht in de mand.
• Vervoer niet meer dan één kind tegelijk.
• Breng geen accessoires, reserveonderdelen of onderdelen op de
wandelwagen aan, die niet door de fabrikant geleverd of goed-
gekeurd zijn.
• LET OP: iedere tas of gewicht dat aan de handgrepen is gehangen,
kan de stabiliteit van de wandelwagen in het gedrang brengen.
• LET OP: het gebruik van tussenbeenstukken en veiligheidsgordels
is nodig om de veiligheid van het kind te garanderen. Gebruik de
veiligheidsgordels altijd samen met het tussenbeenstuk.
• Verzeker u ervan dat de gebruikers van de wandelwagen goed
weten hoe hij werkt.
LET OP: verzeker u er bij het openen en inklappen van dat het
kind zich op een veilige afstand bevindt: sluit en open de wan-
delwagen niet terwijl het kind erin zit. Verzeker u er bij de re-
gelhandelingen van dat de bewegende delen van de wandelwa-
gen niet in aanraking komen met het lichaam van het kind.
• Gebruik de rem iedere keer dat u stopt.
• LET OP: laat de wandelwagen nooit met het kind erin op een
helling staan, ook al zijn de remmen geactiveerd.
• Zorg ervoor dat andere kinderen niet zonder toezicht in de buurt
van de wandelwagen spelen of erop klimmen.
Om gevaar voor wurging te voorkomen, mag u het kind geen
voorwerpen met touwen geven of ze binnen het bereik van het
kind laten liggen.
LET OP: gebruik de wandelwagen niet op trappen of roltrappen:
u zou de controle erover onverwachts kunnen verliezen. Kijk
goed uit als u een trede of de stoep op- of afgaat.
• Als u de wandelwagen gedurende lange tijd in de zon laat staan,
wacht dan tot hij afgekoeld is voordat u het kind erin zet. Door
lang in de zon te staan, kunnen de materialen en stoffen van
kleur veranderen.
• Gebruik het artikel niet als er onderdelen stuk of gescheurd zijn
of ontbreken.
• LET OP: als de wandelwagen niet wordt gebruikt, dient hij bui-
ten het bereik van kinderen te worden gehouden.
• LET OP: De wandelwagen mag niet worden gebruikt, terwijl u
rent of (rol)schaatst.
• Voorkom dat de wandelwagen in aanraking komt met zout wa-
ter, om roest te voorkomen.
• Gebruik de wandelwagen niet op het strand.
• LET OP: dit product mag uitsluitend door een volwassene wor-
den gebruikt.
REINIGINGS- EN ONDERHOUDSTIPS
Dit artikel heeft periodiek onderhoud nodig.
Reinigings- en onderhoudswerkzaamheden mogen alleen door een
volwassene worden verricht.
REINIGEN
De stof kan van de wandelwagen verwijderd worden (raadpleeg het
hoofdstuk "MONTAGE/DEMONTAGE VAN DE BEKLEDING").
Zie de wasetiketten om de stoffen gedeeltes te reinigen.
Vervolgens worden de wassymbolen met hun betekenis weerge-
geven:
Met koud water op de hand wassen
Niet bleken
Niet mechanisch drogen
Niet strijken
Niet chemisch laten reinigen
Reinig de kunststof delen regelmatig met een vochtige doek.
Na eventuele aanraking met water moeten de metalen delen afge-
droogd worden om roestvorming te voorkomen.
ONDERHOUD
Smeer de bewegende delen indien nodig met droge siliconenolie.
Controleer periodiek de slijtagestaat van de wielen en houd ze vrij
van stof en zand. Verzeker u ervan dat de kunststof delen die over de
metalen buizen lopen vrij zijn van stof, vuil en zand om wrijving te
voorkomen, wat de goede werking van de wandelwagen in het ge-
drang kan brengen. Berg de wandelwagen op een droge plaats op.
DE WANDELWAGEN OPENKLAPPEN
1. Voordat u hem openklapt, maakt u de veiligheidshaak aan de re-
chter zijkant los, zoals wordt getoond in figuur 1.
2. Til de wandelwagen op, zoals wordt getoond in figuur 2. De wan-
delwagen gaat nu open.
LET OP: Verzeker u er voor het gebruik van dat de wandelwagen op
de open stand vergrendeld is en controleer dat de koppelingen op
de zijkanten geblokkeerd zijn.
VOETENSTEUN VOORKANT OPENEN/SLUITEN
De wandelwagen is geleverd met gesloten voetensteun aan de
voorkant zodat hij minder ruimte in beslag neemt.
LET OP: Zet de voetensteun in gebruiksstand vast zodra de wan-
delwagen opengevouwen is (zie hoofdstuk "Wandelwagen ope-
nen").
3. Draai de voetensteun zoals aangegeven op afbeelding 3.
4. Maak de vergrendelingshaak achter de voetensteun open en zet
de opening op de voetensteun op één lijn met de bevestigingspin,
laat de pin glijden tot hij vastzit, afbeelding 4.
LET OP: Controleer of de voetensteun in gebruiksstand vergrendeld is.
Vouw de voetensteun op om de wandelwagen in gesloten stand zo
compact mogelijk te maken en verricht de hierboven beschreven
handelingen daarvoor in omgekeerde volgorde.
VOORWIEL MONTEREN/VERWIJDEREN
Het voorwiel is anders dan de andere omdat het uitgerust is met
een snel ontgrendelingssysteem, zoals bij fietsen.
5. Steek de wielas in de speciale behuizingen aan het uiteinde van
de voorvork, zie afbeelding 5; controleer of de wielas aan beide kan-
ten goed in de vork zit.
6. Trek de vergrendelingshendel vast nadat het wiel erin gezet is,
draai hem eerst of vouw hem op als aangegeven op afbeelding 6.
Haal het voorwiel eruit door de vergrendelingshendel los te maken
en het wiel uit de vork te trekken, voer de hierboven beschreven
handelingen in tegengestelde volgorde uit.
LET OP: Verzeker je ervan dat het wielenstel goed vastzit
LET OP: controleer regelmatig of de hendel goed vastzit.
26 26