10. Aanwijzingen voor
werken
10.1 Werkgebied van de gebruiker
● De gebruiker moet zich tijdens de
gehele duur van de werkzaamheden
(bij draaiende verbrandingsmotor) om
veiligheidsredenen altijd in het
werkgebied bevinden (grijs gebied A).
0478 404 9602 A - NL
● De motorhak mag uitsluitend door één
persoon worden bediend; derden
moeten zich buiten de gevarenzone
bevinden.
10.2 Werkstand van het apparaat
● De motorhak mag alleen rustend op de
bodem (verbrandingsmotor boven) in
bedrijf worden genomen. Tijdens het
gehele bedrijf moet de motorhak zo
horizontaal mogelijk worden gehouden
en moet sterk overhellen of kantelen
worden vermeden.
10.3 Ideale lichaamshouding tijdens
het werken
De ideale lichaamshouding tijdens het
werk voorkomt snel vermoeid raken.
Daarom moet het apparaat
(hoogteverstelling duwstang, verstelling
remsteun) zodanig worden ingesteld dat
de gebruiker tijdens alle werkzaamheden
rechtop (rug) kan staan.
Ideale lichaamshouding:
– gestrekte rug
– gestrekte benen
– onderarmen in een lichte hoek
11. Apparaat in gebruik
nemen
11.1 Voorbereidende maatregelen
Gevaar op letsel!
Volg de veiligheidsaanwijzingen in
het hoofdstuk "Voor uw veiligheid"
(
4.) op en maak u vertrouwd met
de bedieningselementen van de
motorhak. (
8.)
● Controleer het motoroliepeil en tank.
(
7.13), (
7.14), (
7.15)
139