GS120_bu_3609929781_t.fm5 Seite 4 Dienstag, 13. Juni 2000 2:17 14
Type 0 607 454 228 / ... 229/... 230/
... 231/... 232
Koppelingssoort
De machines hebben een van het
draaimoment afhankelijke uitschakel-
koppeling die over een groot bereik in-
stelbaar is. Deze spreekt aan als het
ingestelde draaimoment is bereikt.
Duwstart met uitschakelkoppeling
Inschakelen: Oefen druk axiaal op het toebehoren
uit.
Uitschakelen: Machine wordt automatisch uitgescha-
keld bij het bereiken van het ingestelde
draaimoment.
Wanneer het toebehoren te vroeg wordt ont-
last, wordt het vooraf ingestelde draaimoment
niet bereikt.
Type 0 607 454 234/... 235/... 236/... 237
Koppelingssoort
De machines hebben een van het
draaimoment afhankelijke S-Plus kop-
peling die over een groot bereik instel-
baar is. Deze spreekt aan wanneer het
ingestelde draaimoment bereikt is.
Uitschakeling opheffen
De uitschakeling van het draaimoment
kan worden opgeheven door het in-
drukken van de hendel 11 om in ma-
teriaal met verschillende hardheden te
schroeven (b.v. hout met noesten).
Toepassing:
plaatschroeven
houtschroeven
demontage-plaatsen
Duw- en hendelstart met S-Plus koppeling
Duwstart
Inschakelen: Oefen druk axiaal op het toebehoren
uit.
Uitschakelen: Machine wordt automatisch uitgescha-
keld bij het bereiken van het ingestelde
draaimoment.
Wanneer extra draaimoment nodig is, kan met de hen-
delstartvoorziening de S-Plus (het ontwijken van de
uitschakeling) geactiveerd worden.
Hendelstart
Inschakelen: Druk op de hendel 11. De automati-
sche uitschakeling wordt daarmee ont-
weken en in plaats daarvan treedt een
ratelkoppeling in werking.
Uitschakelen: Laat de hendel 11 los.
Bij voortijdige ontlasting van de bedienings-
hendel (hendelstart) of van het toebehoren
(duwstart) wordt het vooraf ingestelde draai-
moment niet bereikt.
Tips voor de werkzaamheden
Onderbreek voor werkzaamheden aan de machi-
ne altijd de persluchttoevoer.
Draaimoment instellen
(Afbeeldingen
en
)
A
B
Beschermhuls 3 zo ver draaien tot een slobgat in het
huis zichtbaar wordt.
Gereedschapopname 1 met een 1/4 inch inbussleu-
tel zo ver draaien tot een halfronde uitsparing in de
instelring 13 zichtbaar wordt.
Instelgereedschap 12 in de uitsparing steken.
Draaien met de wijzers van de klok mee leidt tot een
groter draaimoment. Draaien tegen de wijzers van de
klok in leidt tot een kleiner draaimoment.
Instelgereedschap verwijderen. Beschermhuls verder
draaien tot deze merkbaar vastklikt.
Let op!
Bij een zachte schroefverbinding klikt de kop-
peling reeds bij een lage draaimoment-
instelling niet meer.
Na het instellen
Pas het draaimoment aan de desbetreffende schroef-
verbinding (hard, middel of zacht) aan door proefs-
gewijs schroeven. Controleer het draaimoment met
een elektronisch draaimomentmeetapparaat of een
draaimomentsleutel.
Bij hoge draaimomenten is een overeen-
komstig grote tegenkracht noodzakelijk.
Met een inspanvoorziening in bereik 4 kan
deze tegenhoudkracht beter worden opgeno-
men.
Bij machines die worden gebruikt met een draai-
moment > 4 Nm, moet een inspanvoorziening of extra
handgreep worden gebruikt.
Zorg ervoor dat de extra handgreep of de inspan-
voorziening de machine veilig en stevig vasthoudt.
Draairichting omkeren
Rechtsom draaien: Knop voor rechts- en linksom
draaien 9 niet ingedrukt
Linksom draaien:
Knop voor rechts- en linksom
draaien 9 ingedrukt.
Door het draaien van de knop
voor rechts- en linksom draaien
wordt de stand vastgezet.
VII–4