Opmerking:
• Bij metingen van kleine condensatoren word teen kleine waarde meegeteld, n.l. die van de meetsnoeren. De
nauwkeurigheid van de meting wordt echter niet beïnvloed.
DIODE
• Steek het zwarte meetsnoer in de COM-ingang en het rode meetsnoer in de V/ -ingang.
• Selecteer het
-bereik.
• Koppel het rode meetsnoer aan de anode en het zwarte meetsnoer aan de katode.
• Lees de weergegeven waarde van het lcd-scherm af.
Opmerking:
• De meter geeft de benaderende voorwaartse spanningsval van de diode weer.
• Bij een omkering van de gekoppelde meetsnoeren of bij een open circuit wordt de waarde "1" weergegeven.
TRANSISTOR
• Steek de multifunctionele testplug in de COM- en de Cx-ingangen.
• Selecteer het hFE-bereik.
• Ga na of de transistor een NPN- of een PNP-type is en steek de meetsnoeren in de correcte ingangen.
CONTROLE VAN EEN CIRCUIT ONDER SPANNING
• Steek het rode meetsnoer in de V/ -ingang.
• Selecteer het -bereik. Koppel het meetsnoer met het circuit.
• Het circuit staat onder spanning wanneer "1" op de display verschijnt en de meter piept.
Opmerking:
• De meter is enkel geschikt voor het meten van een standaardstroom.
• Volg nauwgezet alle veiligheidsvoorschriften.
6. Testen van een kabel
De kabeltestfunctie kan gebruikt worden om telefoon-, netwerk- en andere kabels te testen op continuïteit,
kortsluitingen, open circuits, verkeerde bedrading, enz. Ga als volgt te werk:
• Steek een uiteinde van de kabel in de bovenste ingang; steek het andere uiteinde in de onderste ingang.
• Plaats de keuzeschakelaar op AUTO of op MANUAL. In AUTO-modus zullen alle aders automatische
gecontroleerd worden. In MANUAL-modus, druk op HOLD/TEST om de volgende ader te controleren.
• De ader is in orde wanneer de led op de multimeter met de led op de testmodule overeenkomt. Bij het testen
van een RJ11-aansluiting is de ader in orde wanneer de led op de multimeter met de tegenovergestelde
led op de testmodule overeenkomt. Zie tabel hieronder.
TYPE
1
RJ45
√
RJ12
RJ11
DVM760
WAARSCHUWING
Gebruik deze functie niet op een kabel onder spanning.
2
3
√
√
√
√
√
4
5
√
√
√
√
√
√
15
6
7
√
√
√
√
√
8
√
VELLEMAN