86
PRO VS MINI
42. FIL ENV – Stelt de hoeveelheid
envelopemodulatie van het filter in
van 0 – 99.
43. MIX ENV – Herhaaldelijk de toets
indrukken geeft de volgende
menu's weer.
a. Mix Env Loop – Kies uit off,
0->3, 1->3, 2->3, 0<->3,
1<->3, 2<->3 (als deze
optie wordt geselecteerd
zijn er geen andere
menuopties beschikbaar).
b. Mix Env Repeat – Kies tussen
1 – 7 en continuous.
c. Mix Env Points: 0 - 4 –
Gebruik de
golfvormmixbesturing 8 om
de balans tussen a, b, c en d op
elk punt in te stellen. Ga van
punt naar punt met de knoppen
9 en 10.
44. NAME – Hiermee kan de
patchnaam met het keyboard
worden ingevoerd.
45. PROGRAM-INIT – Initialiseert het
geselecteerde programma.
46. STORE – Slaat het huidige
programma op.
De sequencer gebruiken
• Druk achtereenvolgens op
Function (28), dan Menu (31)
en kies Seq.
• Vaste stappen of opname
selecteren met toets 36.
• Schakel zo nodig metronoom
in of uit met toets 39.
• Druk nogmaals op de Function om
de functiemodus af te sluiten.
• Laat de sequencer afspelen met
knop 29.
• Selecteer de sequence waarnaar
u wilt schrijven met knop 27
en het keyboard (witte toetsen
selecteren patterns 1 – 16).
• Gebruik de knoppen Function en
Clear om noten uit de sequence
te verwijderen. Herhaaldelijk op
Clear drukken wist alle noten.
• Noten kunnen vervolgens in de
maat van de metronoom worden
opgenomen met het
keyboard (indien gebruikt).
• Het programma kan tijdens de
opname altijd worden gewijzigd
met de knoppen 9 en 10.
• Als u tevreden bent over de
sequence, druk dan op Function
en Write. Als u niet naar hetzelfde
patroon schrijft, selecteer dan
met het keyboard hetv nieuwe
patroonnummer waarnaar u
wilt schrijven. Als u nogmaals op
Write drukt, wordt de sequence
inclusief het gebruikte
programma opgeslagen.
• Druk op Play om de sequencer uit
opnamemodus te halen.
Wij adviseren om de metronoom
vóór het afspelen uit te schakelen
met Function en toets 39.
Gebruik van de arpeggiator
• Druk achtereenvolgens op de
Function (28), Menu (31) en
kies Arp.
• Druk op Arp Set (toets 35) en
gebruik de knoppen 9 en 10 om
Up, Down of Up and Down
te selecteren.
87
Quick Start Guide
• Druk nogmaals op de knop
Function om terug te keren naar
normaal gebruik.
• Druk op Play (29).
• Houd de toetsen ingedrukt die u
voor het arpeggio wilt gebruiken.