Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
NL
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
1.
Verwarmingszone
2.
Aan/Uit knop
3.
Vergrendeling van het
bedieningspaneel
4.
Tijdklok
5.
Instellen van vermogen en
verwarmingstemperatuur
6.
LCD-display
7.
Knoppen: „+" en „-" die
individuele waarden regelen
BEDIENING
1. Voordat u uw apparaat en de accessoires voor de eerste keer gebruikt, verwijder de stickers, be-
schermfolie, plastic of transportsloten.
2. Het apparaat moet op een harde, vlakke en droge ondergrond worden geplaatst.
3. Steek de stekker van de voedingskabel (9) in het stopcontact.
4. Plaats de juiste kookschaal op het verwarmingsgedeelte van het fornuis (1).
5. Zet het apparaat aan met een schakelaar (2) en stel vervolgens de volgende parameters in:
VERWARMINGSVERMOGEN:
Selecteer de verwarmingsvermogensfunctie met de knop (5), het indicatielampje gaat bran-
den op het punt van de vermogensbepaling en stel vervolgens de corresponderende waarde in met
behulp van de waardeaanpassingsknoppen (7) in het bereik van 200 tot 1800 W. Hoe groter
het vermogen, hoe sneller de kachel opwarmt, waardoor de tijd voor het bereiden van
gerechten aanzienlijk wordt verkort. Tijdens het koken kunt u op elk moment de ener-
gie-instellingen aanpassen. Als de verwarmingsvermogensfunctie is geselecteerd, is het
niet mogelijk om de temperatuurfunctie tegelijkertijd in te stellen.
TEMPERATUUR:
Selecteer de temperatuurfunctie door op (5) te drukken, het indicatielampje op het tempera-
tuurbepalingspunt gaat branden en stel vervolgens de bijbehorende waarde in door de waardeknop-
pen (7) in te stellen in het bereik van 60 tot 240
temperatuurinstellingen aanpassen. Als de temperatuurfunctie is geselecteerd, is het niet
mogelijk om de verwarmingsvermogensfunctie tegelijkertijd in te stellen.
TIJDKLOK:
Selecteer de timerfunctie met de knop (4), het indicatielampje gaat branden bij de timer-
markering en stel vervolgens de juiste tijd in met behulp van de instelknoppen van de
waarde (7) in het bereik van 0 tot 180 minuten. Nadat de ingestelde tijd is verstreken,
wordt het fornuis automatisch uitgeschakeld.
VERGRENDELING VAN HET FUNCTIEPANEEL:
Nadat u de temperatuur, het vermogen en de gebruiksduur van het fornuis hebt ingesteld,
kunt u de vergrendelknop op het functiepaneel gebruiken (3). Het indicatielampje gaat
branden op de locatie van de vergrendelingsmarkering. Deze vergrendeling voorkomt on-
bedoelde wijzigingen in de instellingen van eerder geselecteerde parameters. Om het slot
te ontgrendelen, houdt u de knop (3) gedurende 3 seconden door het oog ingedrukt.
64
(verwarmingsvermogen en
temperatuur, werktijd)
8.
Controlepaneel dat aangeeft of een
bepaalde functie gereed is om in te
stellen:
a. Knopvergrendeling in-/
uitschakelen
b. timer
c. temperatuur
d. kracht
9.
Netsnoer
C. Tijdens het koken kunt u op elk moment de
0
