Rotex RDLQ011AA6V3 Manual De Instalación página 161

Voorzorgsmaatregelen voor bedraden van de voeding
Gebruik een ronde klem voor aansluiting op het klemmenbord
van de voeding. Als dit echt niet mogelijk is, let dan op de
volgende punten.
1 Ronde drukklem
2 Uitsparing
3 Sluitring
1 2 3
- Sluit geen draden van een verschillende gauge aan op
dezelfde voedingsklem. (Losse draden kunnen oververhitting
veroorzaken.)
- Sluit draden met eenzelfde gauge als volgt aan.
Draai de klemschroeven vast met de goede schroevendraaier.
Een te kleine schroevendraaier kan de schroefkop beschadigen
zodat u de schroef niet meer goed kunt vastdraaien.
Wanneer u de klemschroeven te vast aanschroeft, kunt u de
schroeven beschadigen.
Zie de onderstaande tabel voor het aanhaalkoppel van de
klemschroeven.
Aanhaalmoment (N•m)
M4 (X1M)
M5 (X1M)
M5 (EARTH)
Monteer een aardlekschakelaar
voedingsleiding.
Gebruik bij de bedrading de voorgeschreven kabels, voer de
aansluitingen volledig uit, en bevestig de kabels zodanig dat ze
niet aan de klemmen trekken.
Specificaties van standaardbedradingscomponenten
Deur 1: compressorruimte en elektrische onderdelen: X1M
V3 W1
1~ 50 Hz 3N~ 50 Hz
230 V 400 V
L1 L2 L3
1
2
L1 L2 L3
X1M X1M
Minimaal opgenomen vermogen in
(a)
het circuit (MCA)
Aanbevolen lokale zekering
(b)
Draadtype
Diameter
Draadtype van bedrading tussen de
units
(a) De opgegeven waarden zijn maximumwaarden (zie elektrische data van
combinatie met binnenunit voor precieze waarden).
(b) Alleen voor beveiligde leidingen. H07RN-F gebruiken als geen beveiligde
leidingen worden gebruikt.
LET OP De aardlekschakelaar moet een snelle schakelaar van
30 mA (<0,1 s) zijn.
R(D/B)LQ011~016AA6V3+W1
Unit voor lucht-water-warmtepompsysteem
4PW53149-1
1,2~1,8
2,0~3,0
3,0~4,0
en zekering op de
1 Aardlekschakelaar
2 Zekering
V3 W1
28,2 13,5
32 A 20 A
H05VV-U3G H05VV-U5G
De draaddikte moet in
overeenstemming met de van
toepassing zijnde plaatselijke en
nationale voorschriften zijn
H05VV-U4G2.5
Voor V3-model: Apparatuur conform met EN/IEC 61000-3-12
(Europese/Internationale Technische Norm die de beperkingen
vastlegt voor harmonische stromen geproduceerd door apparatuur
die is aangesloten op openbare laagspanningssystemen met een
ingangsstroom >16 A en ≤75 A per fase.)
Het bedradingsschema vindt u terug op de binnenkant van de
voorplaat van de unit.
Aansluiting van de voeding van de backupverwarming
Normen voor het voedingscircuit en de kabels
Gebruik een afzonderlijk voedingscircuit voor de
backupverwarming. Deel dus nooit een voeding met
een ander apparaat.
Gebruik dezelfde specifieke voeding voor de unit,
backupverwarming en boosterverwarming (tank voor
warm water voor huishoudelijk gebruik).
Dit voedingscircuit moet worden beveiligd met de vereiste
veiligheidsvoorzieningen conform de lokale en nationale regelgeving.
Kies de voedingskabel op basis van de desbetreffende lokale en
nationale voorschriften. Zie de tabel hieronder voor het maximaal
opgenomen amperage van de backupverwarming.
Deur 2: elektrische onderdelen van de hydraulische ruimte: X10M
V3 W1
1~ 50 Hz 3N~ 50 Hz
230 V 400 V
L1 L2 L3
1
2
L1 L2 L3
X10M X10M
(1)
(2)
Nominale
Capaciteit spanning
backup- backup-
Type verwarming verwarming
(a) (b)
V3 6 kW 1x 230 V
W1 6 kW 3x 400 V
(c)
V3 3 kW 1x 230 V
W1 2 kW 3x 400 V
(a) Apparatuur conform met EN/IEC 61000-3-12
(b) Deze apparatuur is conform met EN/IEC 61000-3-11
systeemimpedantie Z kleiner dan of gelijk is aan Z
sys
tussen de voeding van de gebruiker en het openbare systeem. Het behoort tot de
verantwoordelijkheid van de installateur of de gebruiker van de apparatuur om
ervoor te zorgen, indien nodig in overleg met de distributienetwerkbeheerder, dat
de apparatuur alleen wordt aangesloten op een voeding met een
systeemimpedantie Z die kleiner dan of gelijk is aan Z
sys
(c) Zie de procedure voor instellen van kleinere capaciteit voor backupverwarming.
LET OP De aardlekschakelaar moet een snelle schakelaar van
30 mA (<0,1 s) zijn.
(1) Europese/Internationale Technische Norm die de beperkingen vastlegt
voor harmonische stromen geproduceerd door apparatuur die is
aangesloten op openbare laagspanningssystemen met een
ingangsstroom >16 A en ≤75 A per fase.
(2) Europese/Internationale Technische Norm die de beperkingen vastlegt
voor spanningsveranderingen, spanningsschommelingen en flikkeren in
openbare laagspanningssystemen voor apparatuur met een nominale
stroom ≤75 A.
1 Aardlekschakelaar
2 Zekering
Maximaal
opgenomen
amperage Z (Ω)
max
26 A 0,29
8,6 A —
13 A —
5,0 A —
(1)
(2)
op voorwaarde dat de
op het interfacepunt
max
.
max
Montagehandleiding
16