reiniging en onDerhouD
1. Apparaat uitschakelen (schakelaar op OFF/
UIT) en stekker uit het stopcontact resp. de
sigarettenaansteker trekken.
2. Apparaat laten afkoelen.
3. Het apparaat voor het reinigen nooit in water
dompelen.
16
4. Het apparaat aan de binnen- en aan de
buitenkant met een vochtige doek met een
beetje vaatwasmiddel afwrijven en goed
afdrogen. Geen scherpe reinigingsmiddelen
of poetsdoeken gebruiken.