vermijden, moet u wachten tot het toestel de kamertemperatuur
heeft bereikt.
Bewaar deze handleiding voor verdere raadpleging.
4.
Omschrijving
Raadpleeg de afbeeldingen op pagina 2 van deze handleiding.
1
stekker
2
voedingskabel
5.
Gebruik
5.1
Voor gebruik
5.2
Aansluiting
1.
Koppel de acculader aan de accu.
2.
Sluit de voedingskabel aan op het lichtnet. De gele led brandt en
de accu laadt op. Controleer de accu/aansluiting indien de led
geel knippert.
3.
De groene led brandt wanneer de accu volledig opgeladen is.
4.
Onderbreek de laadcyclus door de acculader van het lichtnet te
ontkoppelen.
De led dooft uit bij een verkeerde of omgekeerde, of een kortsluiting.
V. 01 – 21/08/2017
WAARSCHUWING
Lees zorgvuldig de
gebruiksaanwijzingen voor u het
toestel aansluit.
Neem de voorschriften van de
voertuigfabrikant in acht bij een
ingebouwde accu. Schakel het
contact uit.
Reinig de accupolen. Zorg ervoor
dat uw ogen niet met het vuil in
contact komen.
Zorg voor voldoende ventilatie.
AC008
3
4
12
laadkabel
klem
©Velleman nv