uitlaatbuis met een lengte van min. 20 cm
is aangebracht.
Laat de pomp nooit drooglopen.
n
Verwijder altijd de netstekker uit het
n
stopcontact alvorens de pomp te
verplaatsen of werkzaamheden aan de
pomp uit te voeren.
Indien het netsnoer beschadigd is, moet
n
het, om ongelukken te voorkomen,
vervangen worden door de fabrikant,
de aftersales service of een vergelijkbaar
bevoegd persoon.
In deze handleiding worden de
volgende pictogrammen gebruikt:
•
Gevaar voor lichamelijk letsel of
materiële schade.
DOELMATIG GEBRUIK
Uw waterpomp is ontworpen voor het
pompen van schoon water en afvalwater.
De machine is niet geschikt voor het
pompen van zout water.
De maximale watertemperatuur bedraagt
35 °C.
De pomp is niet bedoeld voor
continubedrijf.
Dit apparaat is voor privé-gebruik
ontwikkeld en is niet
industrieel gebruik.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade die door onoordeelkundig gebruik
of verkeerde bediening wordt veroorzaakt.
BESCHRIJVING (FIG. A)
1 Aan/uit-schakelaar
2 Handgreep
3 Pomphuis
4 Aansluiting afvoerslang
5 Vulpunt
6 Aansluiting aanvoerslang
7 Aftappunt
Plaatsen van de pomp (fig. A)
Plaats de machine op een vlakke, stabiele
n
ondergrond. Zorg ervoor dat de machine
niet hoger dan 4 m ten opzichte van de te
pompen vloeistof staat.
bedoeld voor
Plaats de machine op een rubber mat (of
n
een vergelijkbaar vibratie-absorberend
materiaal) wanneer u de machine in een
permanente opstelling gebruikt.
Sluit de aan- en afvoerslangen aan.
n
Monteer de aanvoerslang op aansluiting
(6) en de afvoerslang op aansluiting (4).
Plaats een aanzuigklep met filter op het
n
uiteinde van de aanvoerleiding om te
voorkomen dat de aanvoer verstopt raakt.
Plaats een keerklep direct op de
n
afvoerleiding om te voorkomen dat de
pomp door waterslag beschadigd raakt.
Plaats een afsluitklep stroomafwaarts
n
van de keerklep om het verrichten
van onderhoudswerkzaamheden te
vergemakkelijken.
•
Verwijder voor het installeren of
verplaatsen van de pomp altijd de
netstekker uit het stopcontact.
Aansluiten van een waterslang (fig. A)
Schroef een waterslang direct of via een
n
verloopnippel op de aansluiting.
Controleer of de slang correct is
n
aangesloten.
•
Verwijder voor het aansluiten van
een waterslang altijd de netstekker
uit het stopcontact.
Vullen van het pomphuis (fig. A)
Het pomphuis moet voor ieder gebruik met
water worden gevuld.
Verwijder de schroef van het vulpunt (5).
n
Vul het pomphuis met water tot het
n
niveau gelijk is aan de rand van het
vulpunt.
Plaats de schroef terug en draai hem
n
stevig vast.
Aanwijzingen voor gebruik
Controleer of de slangen correct zijn
n
aangesloten.
Zorg ervoor dat de aanvoerslang ca. 0,5 m
n
onder het vloeistofniveau is.
Vul het pomphuis met water.
n
DA
43