OPMERKING
Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor
een digitaal apparaat van klasse B, overeenkomstig deel 15
van de FCC-regels.
Deze limieten zijn ontworpen om een redelijke bescherming
te bieden tegen schadelijke interferentie in een residentiële
installatie. Deze apparatuur genereert, gebruikt en kan
radiofrequentie-energie uitstralen en kan, indien niet
geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de
instructies, schadelijke interferentie veroorzaken voor radio-
of televisieontvangst. De ontvangst kan worden bepaald
door de apparatuur uit en aan te zetten. De gebruiker wordt
aangemoedigd om te proberen de interferentie te corrigeren
door een of meer van de volgende maatregelen:
•
Heroriënteer of verplaats de ontvangstantenne.
•
Vergroot de afstand tussen de apparatuur en de
ontvanger.
•
Sluit de apparatuur aan op een stopcontact op een ander
circuit dan dat waarop de ontvanger is aangesloten.
•
Raadpleeg de dealer of een ervaren radio-/tv-technicus
voor hulp.
4
SYMBOLEN OP HET
APPARAAT
De onderstaande symbolen kunnen op uw apparaat staan.
Bekijk ze en leer hun betekenis kennen. De juiste interpretatie
van deze symbolen stelt u in staat om het apparaat beter en
veiliger te gebruiken.
Symbool
Verklaring
Klasse II
Lees de instructies voordat u begint
met het opladen
Zekering
IPX
IPX4
5
RISICONIVEAUS
De volgende signaalwoorden en -betekenissen zijn bedoeld
om de risiconiveaus uit te leggen die aan dit product zijn
verbonden.
SYM-
SIGNAAL
BOOL
GEVAAR
Nederlands
BETEKENIS
Wijst op een dreigende ge-
vaarlijke situatie die, indien
niet vermeden, zal leiden tot
de dood of ernstig letsel.
SYM-
SIGNAAL
BOOL
WAAR-
SCHUWING
OPGELET
OPGELET
6
RECYCLING
Aparte afvoer. U mag dit niet met het huish-
oudelijk afval afvoeren. Als het nodig is om
de machine te vervangen, of als het u hem
niet meer nodig heeft, mag u hem niet afvoe-
ren via het huishoudelijk afval.
Door afzonderlijke afvoer van gebruikte ma-
chines en verpakkingen kunt u materialen
recyclen en opnieuw gebruiken. Gebruik van
de gerecyclede materialen helpt milieu-ver-
vuiling te voorkomen en verlaagt de be-
hoefte aan grondstoffen.
Verwijder batterijen aan het einde van hun
nuttige levensduur met de nodige voorzorgs-
Batterijen
maatregelen voor ons milieu. De batterij
bevat materiaal dat gevaarlijk is voor u en
het milieu. U moet deze materialen afzon-
derlijk verwijderen en inleveren bij een punt
die lithium-ion batterijen inzamelt.
7
GEBRUIK
7.1
LAADPROCEDURE
Zie afbeelding 2.
OPMERKING
Laad het accupack vóór gebruik volledig op om ervoor te
zorgen dat het accupack de maximale looptijd kan bereiken.
Dit accupack heeft geen geheugen. U kunt het op ieder
moment opladen.
1. Sluit de stekker van de oplader aan op een stopcontact.
2. Til het accudeksel (2) op door op de ontgrendelingsknop
(8) te drukken.
3. Plaats het accupack (9) (niet meegeleverd) in de oplader.
35
BETEKENIS
Wijst op een mogelijk gevaar-
lijke situatie die, indien niet
vermeden, kan leiden tot de
dood of ernstig letsel.
Wijst op een mogelijk gevaar-
lijke situatie die, indien niet
vermeden, kan leiden tot
kleine of matige verwonding.
(Zonder waarschuwingssym-
bool) Wijst op een situatie die
tot schade aan eigendommen
kan leiden.
NL