Het Product In Bedrijf Nemen; Alvorens Een Voor Atex Gecertificeerde Pomp Te Starten - Grundfos NB Instrucciones De Instalación Y Funcionamiento

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 54

5. Het product in bedrijf nemen

WAARSCHUWING
Droogloop
Dood of ernstig persoonlijk letsel
- Zorg ervoor dat de pomp gevuld is met
verpompte vloeistof tijdens bedrijf.
5.1 Alvorens een voor ATEX
gecertificeerde pomp te starten
Houd u strikt aan de volgende checklijst.
1. Vergelijk de bestelling met de geleverde pomp en
motor. Controleer of het EPL (productbeveili-
gingsniveau) van de pomp en motor overeen-
komt met de bestelling. Als het EPL van de motor
verschilt met dat van de pomp of als de tempera-
tuurklasse van de motor verschilt met die van de
pomp, geldt het volgende:
– Het EPL dat het laagste beveiligingsniveau
aangeeft geldt. Voorbeeld: Het EPL van de
motor is Gc en dat van de pomp is Gb. Gc is
van toepassing.
– De temperatuurklasse die de hoogste tempera-
tuur aangeeft geldt.
Voorbeeld 1: De temperatuurklasse voor de
motor is T4 (135 °C) en de temperatuurklasse
voor de pomp is T3 (200 °C). T3 (200 °C) is
van toepassing.
Voorbeeld 2: De temperatuurklasse voor de
motor is T3 (200 °C) en de temperatuurklasse
voor de pomp is T4...T3. T3 (200 °C) is van
toepassing.
2. Controleer of de verpompte vloeistof en de
bedrijfstemperaturen in overeenstemming zijn
met wat wordt aangegeven op het "gegevensblad
voor de toepassing".
3. Controleer of de asafdichting en de rubberen
onderdelen van de pomp overeenkomen met de
bestelling. Zie het typeplaatje.
Afb. 7
Voorbeeld van code voor rubberen
onderdelen op het typeplaatje van de
NB, NBG pomp
T P
1 5 0 - 3 6 0 / 4 A - F - B - Q Q E
Afb. 8
Voorbeeld van code voor rubberen
onderdelen op het typeplaatje van de TP
pomp
132
De uitleg bij het typeplaatje wordt weergegeven in de
installatie- en bedieningsinstructies voor de stan-
daardpomp.
4. Controleer of het maximale toerental op het type-
plaatje van de pomp overeenkomt met het toe-
rental van de motor en of de pomp niet bedoeld is
voor gebruik bij een frequentie van meer dan 60
Hz.
5. Controleer of de pomp gevuld is met vloeistof en
is ontlucht.
Afb. 9
Locatie van ontluchtingschroeven
6. Controleer of de as vrij kan draaien. Er mag geen
mechanisch contact zijn tussen de waaier en het
pomphuis.
7. Controleer de draairichting. De juiste draairich-
ting wordt aangegeven met een pijl op het pomp-
huis.
8. Zorg er vóór het inschakelen en tijdens bedrijf
voor dat de pomp niet lekt en geen defecten
heeft.
9. De pomp moet nog een keer ontlucht worden in
de volgende gevallen:
– De pomp is een tijdje uitgeschakeld geweest.
– Er heeft zich lucht/gas in de pomp opgehoopt.
Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

NbgTpTpd

Tabla de contenido