Nederlands
3.
Veiligheidsinstructies
Dit apparaat kan gevaren opleveren voor personen en zaken als het apparaat
niet naar behoren of niet volgens bestemming wordt gebruikt of als de veilig-
heidsaanwijzingen niet worden opgevolgd.
‧ Houd de verpakking van het apparaat buiten bereik van kinderen aan-
gezien dit tot gevaren kan leiden (verstikkingsgevaar!).
‧ Dit apparaat mag door kinderen vanaf 8 jaar en personen met een
lichamelijke, zintuigelijke of geestelijke beperking of zonder ervaring en
kennis onder toezicht worden gebruikt indien zij vooraf zijn geïnstrueerd
over het veilige gebruik van het apparaat en zij beseffen welke gevaren
dit met zich kan meebrengen. Laat kinderen nooit met het apparaat
spelen. Het reinigen en het uitvoeren van door de gebruiker te ver-
zorgen onderhoud aan het apparaat mag nooit door kinderen zonder
toezicht worden gedaan.
Elektrische veiligheid
‧ De elektrische installaties moeten voldoen aan de internationale en
nationale installatievoorschriften.
‧ Het apparaat moet worden beveiligd door een aardlekschakelaar van
max. 30 mA.
‧ Neem bij vragen of problemen contact op met een elektricien.
‧ Trek de stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact voordat er
werkzaamheden aan worden uitgevoerd.
‧ De elektrische gegevens van het apparaat moeten overeenkomen met
de gegevens van het stroomnet. U vindt die gegevens op het typeplaat-
je, de verpakking of in deze gebruiksaanwijzing.
‧ Verlengkabels en stroomverdelers moeten geschikt zijn voor gebruik in
de open lucht (spatwaterdicht).
‧ Het apparaat moet op een veilige afstand van het water worden ge-
plaatst: deze afstand moet conform VDE ten minste 2 m bedragen.
‧ De diameter van stroomleidingen mag niet geringer zijn dan die van
rubberen slangleidingen met het teken H05RN-F3G0,75. Verlengkabels
moeten voldoen aan de eisen van DIN VDE 0620.
40