Installatie Met Koppelingsvoet; Installatie Met Een Externe Koppeling; Aansluiting Op Het Elektriciteitsnet En Controle Van De Draairichting; Installatie Van De Vlotterschakelaars - Zenit DRO Serie Manual De Uso

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 34

4.2.1 INSTALLATIE MET KOPPELINGSVOET

Dit type installatie is mogelijk bij alle elektrische dompelpompen met een horizontale inlaat.
Voor het stationaire gebruik zijn pompen met een automatiche koppelingsvoet het meest geschikt, omdat deze
pompen kunnen worden onderhouden en schoongemaakt zonder het bassin te legen of bouten los te draaien. U
dient als volgt te werkt te gaan bij pompen die de mogelijkheid tot een dergelijke installatie bieden (voor meer
informatie kunt u zich tot ZENIT wenden):
-
allereerst dient u de voet met koppelingsbeugel met behulp van expansiebouten aan de bodem van het
bassin te bevestigen.
-
de persleiding met de bijbehorende terugslagklep en afsluitklep installeren.
-
twee geleidebuizen aan de verbindingsvoet schroeven/koppelen. Deze dienen aan de bovenkant bevestigd te
worden m.b.v. de afstandsbeugel, die door de fabrikant bijgeleverd wordt; dit om de evenwijdigheid van de buizen
te waarborgen.
De pomp kan nu worden neergelaten met behulp van een zinkijzeren ketting of een touw dat aan de ooghaak aan de
bovenkant van het motordeksel is bevestigd en, dankzij de twee geleidebuizen, op perfecte wijze aan de voet gekoppeld
worden.
In afb. 1 is het schema van de installatie met een voet weergegeven.

4.2.2 INSTALLATIE MET EEN EXTERNE KOPPELING

Bij vaste installaties kunnen pompen met verticale uitlaat gecombineerd worden met een externe koppeling, die
bestaat uit een extern deel dat u aan de persleiding koppelt d.m.v. de standaard flens DN 50 of d.m.v. de 2"
gasnippel en uit een beweeglijk deel dat u aan de persleiding van de pomp moet vastschroeven, nadat u een
schatting heeft gemaakt van de lengte van de buis. Aangezien u geen werk hoeft te verrichten op de bodem van
het bassin, kan u deze koppeling ook monteren wanneer het bassin vol is.
In afb. 1/a is het schema voor de installatie met een externe koppeling afgebeeld.

4.3 AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET EN CONTROLE VAN DE DRAAIRICHTING

De aansluiting op het elektriciteitsnet dient geheel door vakmensen gedaan te worden en moet voldoen aan de
geldende voorschriften.
LET OP: sluit eerst de groen-gele aardedraad aan en dan de andere draden, zoals aangegeven in hoofdstuk 8
"ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN".
Verzeker u ervan dat de nominale spanning en frequentie van de voedingslijn overeenstemmen met de spanning
die is aangegeven op het typeplaatje van de pomp en dat de aansluitwaarde van de elektrische pomp kleiner is
dan de toegelaten maximale aansluitwaarde.
Verzeker u er voordat u met de installatie begint van dat de voedingsleiding geaard is en aan de wettelijke
voorschriften voldoet en dat de kabels van de pomp niet beschadigd zijn.
Bescherm de motor met een automatische schakelaar die geschikt is voor de elektrische eigenschappen die op
het typeplaatje zijn vermeld.
In hoofdstuk 8 "ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN" vindt u het elektrische schema voor een correcte voeding van
de pomp.
Voordat de driefasige aansluiting definitief wordt gemaakt, moet er gecontroleerd worden of de pomp in de goede
richting draait.
Handel als volgt om de draairichting van de pomp te controleren:
-
volg de instructies uit paragraaf 1.2 en 1.3.
-
de pomp op een zijkant leggen en vrijhouden;
-
de groen-gele aardedraad aansluitenopdeaarde en vervolgens de overige draden provisorisch aansluiten op
de afstandsschakelaar;
-
personen en voorwerpen op minstens 1 meter afstand van de pomp houden;
-
de startschakelaar kortstondig indrukken;
-
controleren,door via de aanzuigmond naar de waaier te kijken,of de draairichting tegen de klok in is.
Indien de draaiïng kloksgewijs mocht zijn dient u de aansluiting van twee van de stroomkabels in de
afstandsschakelaar om te wisselen en het opnieuw te proberen.
Als u de draairichting vastgesteld hebt dient u de aansluitpositie van de kabels op het stroomnet te MARKEREN,
de provisorische elektrische aansluiting BUITEN WERKING TE STELLEN en de pomp in de daarvoor bestemde
behuizing te installeren.

4.4 INSTALLATIE VAN DE VLOTTERSCHAKELAARS

De elektrische pompen met een vlotterschakelaar werken volautomatisch. Verzeker u ervan dat er geen
voorwerpen aanwezig zijn die de beweging van de vlotter hinderen. Het is zeer belangrijk dat de vlotters zodanig
bevestigd worden, dat de bijbehorende kabels niet in elkaar verward raken, noch bekneld raken in uithollingen of
uitsteeksels aan de binnenkant van de put. De schakelaars dienen dusdanig geplaatst te worden, dat het minimum
niveau NOOIT lager ligt dan de bovenste kap van de pomp. Het wordt aangeraden de vlotters aan een stevige
stang te bevestigen, die aan de binnenkant van de put geplaatst wordt. Wanneer de pompen, de elektrische
schakelpanelen en de vlotters geïnstalleerd zijn dient u het geheel te testen op goede werking. Met een
ampèremeter controleren of de stroomopname van de pomp binnen de grenzen die zijn aangegeven op het
typeplaatje ligt en of de vlotters op de ingestelde niveaus schakelen.
53
Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Drb serieDrx serieDgo serieDgb serieDgx serie

Tabla de contenido