Motor stoppen
1. Laat de gashendel (3) los.
2. Breng voor het afzetten van de motor
de aan-/uitschakelaar (2) in „0".
Werkzaamheden met de
bladzuiger
De bladblazer mag uitsluitend
voor de hierna volgende ge-
bruiksdoeleinden toegepast
worden:
- Als blazer voor het bijeenbren-
gen van dor gebladerte, afkom-
stig uit moeilijk toegankelijke
plaatsen (bijvoorbeeld onder
personenauto's)
- Als aanzuiging voor het aan-
zuigen van dor, droog geblader-
te. Bij de zuigfunctie dient het
apparaat ook als hakselmachi-
ne. De droge bladeren worden
fijngehakt, hun volume verlaagd
en op een eventuele composte-
ring voorbereid. De intensiteit
van de verbrijzeling hangt van
de grootte van het gebladerte en
van de nog aanwezige, resteren-
de vochtigheid af.
Iedere andere dan de hierboven
beschreven toepassingen kan
tot beschadigingen aan de ma-
chine leiden en een gevaar voor
de gebruiker betekenen.
Bij de werkzaamheden dient u
erop te letten dat u met het ap-
paraat niet stoot tegen harde
voorwerpen, die beschadigingen
kunnen veroorzaken. Zuig geen
vaste objecten, zoals stenen, dikke
of afgesneden takken, sparappels
of dergelijke aan omdat deze het
apparaat en meer in het bijzonder
de hakselinrichting zouden kunnen
beschadigen. Herstellingen van
deze aard ressorteren niet onder
de garantie.
Werk steeds met het laagst moge-
lijke motortoerental, omdat met het
motorvermogen ook tegelijk het
geluidsniveau en het brandstofver-
bruik verminderd wordt.
Om veiligheidsredenen dient u er-
voor te zorgen dat de aanzuigklep
correct gesloten is.
Modus "Blazen":
•
Leg de draaggordel (28) om u en stel
de gordel zo in, dat de blaaspijp een
afstand tot de bodem van 5 - 10 cm
heeft.
•
Hou het apparaat aan uw rechterzijde
en raak de uitlaat niet aan. Verbran-
dingsgevaar.
•
De standaard-luchtuitlaat (26) maakt
een grotere nauwkeurigheid bij het
blazen mogelijk; De vlakke luchtuitlaat
(27) maakt blazen met brede lucht-
stroom toe.
•
Richt de luchtstraal van uzelf weg. Let
erop dat er geen zware voorwerpen
opstuiven en dat deze zodoende ie-
mand kunnen verwonden of iets kun-
nen beschadigen.
•
Begin met het werk met de hoogste
blaascapaciteit om de rondslingeren-
de bladeren snel te verzamelen. Een
lagere blaascapaciteit kiest u om de
voordien samengebrachte hoop bla-
deren samen te persen.
•
Maak vóór het blazen op de vloer
vastklevende bladeren met een be-
zem of een hark.
NL
31