INSTALLATIE - WERKING
NL
VOEDING VAN HET APPARAAT
Sluit de positieve klem van de laadbron (wisselstroomgenerator of batterijlader) aan op de ingang van de lastscheider (+ IN ).
Sluit de positieve klem van de batterij of de groep batterijen aan op een van de uitgangen van de lastscheider.
Indien er twee batterijen of twee groepen batterijen zijn, wordt aanbevolen de uitgangen + A OUT en + B OUT te gebruiken.
Sluit de negatieve klemmen van de laadbron en de batterijen aan op een gemeenschappelijke strook.
De klem S kan gebruikt worden om de spanningsval van de lastscheider in bepaalde bronnen op te vangen. Raadpleeg de
handleiding van de bron die gebruikt wordt om de aansluiting op de compensatie-ingang uit te voeren.
Voer de aansluitingen uit zoals weergegeven in de figuur:
BATTERIJLADER
BATTERIJLADER
*
ZEKERING
XXX
DCS 1083/1123
ACCU
12/24V
BATTERIJ-
LADEREN
*
ZEKERING
DCS 2083/2123
ACCU
12/24V
Het apparaat begint de lading te scheiden zodra de laadbron (in werking) aangesloten wordt op de ingang.
34
ACCU
ACCU
12/24V
12/24V
*
ZEKERING
XXX
ACCU
ACCU
12/24V
12/24V
* compensatie-ingang (indien voorzien).
WISSELSTROOMGENERATOR
WISSELSTROOM-
B +
B -
GENERATOR
*
ZEKERING
XXX
DCS 1083/1123
ACCU
12/24V
WISSELSTROOM-
GENERATOREN
B +
B -
*
ZEKERING
XXX
DCS 2083/2123
ACCU
12/24V
ACCU
ACCU
12/24V
12/24V
B -
B +
*
ZEKERING
ACCU
ACCU
12/24V
12/24V
DCS - REV001A