5 Onderhoud
5.1 Reinigen
Reinig de apparatuur uitsluitend met een vochtige doek. Indien nodig mag u een zacht reinigingsmiddel gebruiken, maar gebruik zeker geen
schurende of oplossende middelen aangezien deze de waarschuwingsstickers op de apparatuur kunnen beschadigen.
5.2 Onderhoudsintervallen
Onderdeel
Systeem
Controleer op lekkages.
PCO2
Controleer de drukmeter.
PCO2
Controleer de overdrukklep.
Filters
Filterbak aftappen.
Onderhoud A is aanbevolen
Systeem
Vervang de filterelementen en de patronen voor gemengd-bedabsorptie.
PCO2
Inspecteer de kolommen en spruitstukken (inwendig en uitwendig).
Filters
Inspecteer de filterhuizen (inwendig en uitwendig).
Onderhoud
A
Nummer:
Werking
Controleren
Preventief onderhoud
24