1 Type toetsaanslag kort (max. 2 sec) / lang (min. 2 sec)
2 De beginstatus is een vereiste voor het functioneren van alle beschreven programma's en instellingen
3 "Absolut - Mode" naar "Relativ - Mode" schakelen tussen "Absolute- / Relative - Mode"
4 Programma wisselen tussen (MIN/MAX/HOLD)
5 Tolerantie-programma (TOL)
6 SETUP-menu verlaten
7 Tolerantiemarkering inschakelen
8 Tolerantiemarkeringen kiezen
9 Tolerantiemarkering uitschakelen
10 Instelling nulpunt Compensatiewaarden instellen
11 Veranderen van de meeteenheid mm/inch (eenheid)
12 Schaalinterval wijzigen (rES)
13 Auto-Power (A-OFF) De volgende tijdsintervallen kunnen worden geselecteerd -> 1 minuten.
14 Toetsenbordvergrendeling inschakelen/uitschakelen
15 Gegevensoverdracht (DATA) naar randapparaat
16 Datalogger (d-LOG) slaat de gemeten waarde op in het interne geheugen
17 DL-Daten afdrukken via DIGIMATIC -Drucker DP-1VR
18 DL-Daten verzenden via USB- of U-WAVE- PC
19 Intern geheugen wissen
20 Fabrieksinstellingen (Herstellen)
33