• Om brandwonden te vermijden, moet dit bevochtigingssysteem worden gebruikt in
aanwezigheid van een volwassene die de instructies heeft gelezen en vertrouwd
is met de toepassingen. Niet gebruiken in de buurt van kinderen, personen die
behoeftig zijn of huisdieren, om risico voor brandwonden te vermijden. AANDACHT:
HETE DAMPEN!
• Dit toestel mag gebruikt worden door kinderen vanaf 8 jaar en door mensen met
be perkte lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke capaciteiten of zonder ervaring
of kennis indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen hoe zij
het toestel veilig moeten gebruiken en de gevaren begrijpen die daarmee gepaard
gaan. Kinderen mogen niet met het toestel spelen. De schoonmaak en het onder-
houd mag niet door kinderen worden uitgevoerd als ze niet onder toezicht staan.
• Houd het verpakkingsmateriaal, zoals plastic zakjes, buiten bereik van kinderen.
• Het toestel niet verplaatsen door aan het voedingssnoer te trekken. Het voedings-
snoer niet rond het toestel winden. Het voedingssnoer niet met natte handen aan-
raken. Het toestel niet verplaatsen of inschakelen als u blootsvoets bent.
• Het toestel niet gebruiken in de buurt van badkuipen, gootstenen of grote water-
bakken en niet aan vocht of regen blootstellen. De verwarmingsgroep (2) niet in
water onderdompelen. Bij onderdompeling onmiddellijk de stekker uit het stop-
contact halen en daarna het toestel uit het water halen. Het toestel niet opnieuw
gebruiken tot het door een erkend dienstencentrum geïnspecteerd of gerepareerd
is.
• Gebruik nooit adapters voor stroomwaarden die hoger zijn dan de waarden aan-
gegeven aan de onderkant van het toestel (plaatje met gegevens). Het toestel niet
met gelijkstroom (DC) voeden.
• Plaats het toestel op een plat, stabiel oppervlak dat tegen water bestand is. Zet het
toestel niet rechtstreeks op meubels, tapijten of parket. Het toestel niet blootstellen
aan rechtstreeks zonlicht of externe weersinvloeden. Richt de straal met dampen
niet rechtstreeks op meubilaire, muren of vloeren. Het toestel niet verplaatsen of
verschuiven terwijl het in werking is. Let op dat u niet over het toestel struikelt.
• De luchtopeningen niet afdichten of blokkeren. Houd de inlaatopeningen voor ven-
tilatie stofvrij. Zorg ervoor dat er geen voorwerpen in de inlaat-openingen kunnen
vallen of naar binnen worden gebracht.
• Toestellen met een watertank kunnen water lekken. Vóór elk gebruik moet u con-
troleren of de tank niet beschadigd of gebarsten is.
• Gebruik uitsluitend STROMEND WATER.
• Voeg geen medicijnen toe aan de watertank of aan de container voor aromatische
essence. Voeg nooit aromatische olie toe in de watertank.
• Alle delen van het toestel moeten geïnstalleerd worden zoals aangegeven in de
beschrijving van de eerste opstart.
• Haal de stekker uit het stopcontact tijdens het vullen en schoonmaken.
• Wacht tot het toestel is afgekoeld en haal de stekker uit het stopcontact vooraleer
schoon te maken of de tank met water te vullen. Giet het resterende water weg en
28