Geluid- en trillingsniveaus in de specificatie zijn vastgesteld volgens EN60745 of een
gelijksoortige internationale norm. De waarden gelden voor een normaal gebruik in normale
werkomstandigheden. Een slecht onderhouden, onjuist samengestelde of onjuist gebruikte
machine produceert mogelijk hogere geluids- en trillingsniveaus. www.osha.europa.eu biedt
informatie met betrekking tot geluids- en trillingsniveaus op de werkplek wat mogelijk nuttig is
voor regelmatige gebruikers van machines.
Algemene veiligheid voor elektrisch gereedschap
WAARSCHUWING Lees alle bediening- en veiligheidsvoorschriften. Het niet opvolgen
van alle voorschriften die hieronder vermeld staan, kan resulteren in een elektrische schok,
brand en/of ernstig letsel.
WAARSCHUWING: De machine is niet geschikt voor gebruik door personen met een
verminderde mentale of fysieke gesteldheid of een gebrek aan ervaring, tenzij de persoon
wordt begeleid of geïnstrueerd door een persoon verantwoordelijk voor de veiligheid
Bewaar deze voorschriften voor toekomstig gebruik.
NL
De term "elektrisch gereedschap" in alle hieronder vermelde waarschuwingen heeft
betrekking op uw elektrische gereedschap dat op de stroom is aangesloten (met een snoer)
of met een accu wordt gevoed (snoerloos).
Kinderen mogen niet met de machine spelen
1) Veiligheid in de werkruimte
a) Houd de werkruimte schoon en zorg voor een goede verlichting. Rommelige en
donkere ruimtes leiden vaak tot ongelukken.
b) Werk niet met elektrisch gereedschap in explosieve omgevingen, bijvoorbeeld in
de aanwezigheid van ontvlambare vloeistoffen, gassen of stof. Elektrisch
gereedschap brengt vonken teweeg die stof of dampen kunnen doen ontbranden.
c) Houd kinderen en omstanders uit de buurt wanneer u elektrisch gereedschap
bedient. Door afleiding kunt u de controle over het gereedschap verliezen.
2) Elektrische veiligheid
a) De stekkers van het elektrische gereedschap moeten passen bij het stopcontact.
Pas de stekker niet aan. Gebruik geen adapterstekkers bij geaard elektrisch
gereedschap. Het gebruik van ongewijzigde stekkers en passende stopcontacten
vermindert het risico op een elektrische schok.
b) Vermijd lichamelijk contact met geaarde oppervlakken zoals pijpen, radiatoren,
fornuizen en koelkasten. Het risico op een elektrische schok neemt toe als uw lichaam
geaard wordt.
c) Laat elektrisch gereedschap niet nat worden. Wanneer elektrisch gereedschap nat
wordt, neemt het risico op een elektrische schok toe.
d) Beschadig het snoer niet. Gebruik het snoer nooit om het elektrisch gereedschap te
dragen, te trekken of om de stekker uit het stopcontact te trekken. Houd het snoer
uit de buurt van hitte, olie, scherpe randen of bewegende delen. Een beschadigde of
in de knoop geraakte snoer verhoogt het risico op een elektrische schok toe.
e) Wanneer u elektrisch gereedschap buiten gebruikt, maak dan gebruik van een
verlengsnoer dat geschikt is voor gebruik buitenshuis. Gebruik een verlengsnoer dat
geschikt is voor gebruik buitenshuis om het risico op een elektrische schok te
verminderen.
f) Indien het onvermijdelijk is elektrisch gereedschap te gebruiken in een vochtige
omgeving, gebruik dan een energiebron met een aardlekschakelaar (Residual
Currency Device). Het gebruik van een RCD vermindert het risico op een elektrische
schok.
3) Persoonlijke veiligheid
a) Blijf alert en gebruik uw gezonde verstand wanneer u elektrisch gereedschap
bedient. Gebruik het elektrisch gereedschap niet wanneer u vermoeid bent of onder
invloed bent van drugs, alcohol of medicijnen. Onoplettendheid tijdens het bedienen
van elektrisch gereedschap kan leiden tot ernstig letsel.
b) Maak gebruik van persoonlijke bescherming. Draag altijd een veiligheidsbril.
Passende bescherming voor de omstandigheden, zoals een stofmasker, niet-slippende
veiligheidsschoenen een helm of gehoorbescherming, vermindert het risico op persoonlijk
letsel.
c) Zorg ervoor dat het apparaat niet per ongeluk wordt gestart. Controleer of de
schakelaar in de 'uit' stand staat voordat u de stekker in het stopcontact steekt.
Het dragen van elektrisch gereedschap met uw vinger op de schakelaar of het aansluiten
op de stroom van elektrisch gereedschap met de schakelaar ingeschakeld kan tot
ongelukken leiden.
d) Verwijder alle stel- of moersleutels voordat u het elektrische gereedschap
inschakelt. Een moer- of stelsleutel die zich op een draaiend onderdeel van het
elektrische gereedschap bevindt, kan leiden tot letsel.
e) Reik niet te ver. Blijf altijd stevig en in balans staan. Zo houdt u meer controle over het
elektrische gereedschap in onverwachte situaties.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen loshangende kleding of sieraden. Houd haren,
kleding en handschoenen uit de buurt van bewegende delen. Loshangende kleding,
sieraden en los hangende haren kunnen vast komen te zitten in bewegende delen.
g) Als er onderdelen voor stofafvoer- en stofverzameling worden meegeleverd, sluit
deze dan aan en gebruik deze op de juiste wijze. Het gebruik van deze onderdelen kan
het risico op stof gerelateerde ongelukken verminderen.
4) Gebruik en verzorging van elektrisch gereedschap
a) Forceer elektrisch gereedschap niet. Gebruik elektrisch gereedschap dat geschikt
is voor het werk dat u wilt uitvoeren. Geschikt elektrisch gereedschap werkt beter en
veiliger op een passende snelheid.
b) Gebruik het elektrische gereedschap niet als de schakelaar van het apparaat niet
in- en uitschakelt. Elektrisch gereedschap dat niet bediend kan worden met de
schakelaar is gevaarlijk en moet gerepareerd worden.
c) Haal de stekker uit het stopcontact voordat u instellingen aanpast, toebehoren
verwisselt of het elektrische gereedschap opbergt. Dergelijke voorzorgsmaatregelen
verminderen het risico op het per ongeluk starten van het elektrische gereedschap.
d) Berg elektrisch gereedschap dat niet in gebruik is op buiten bereik van kinderen
en laat mensen die niet bekend zijn met het elektrische gereedschap of met deze
instructies het elektrische gereedschap niet bedienen. Elektrisch gereedschap is
gevaarlijk in de handen van onervaren gebruikers.
e) Onderhoud uw elektrisch gereedschap. Controleer op foutieve uitlijning of het
vastslaan van bewegende delen, gebroken onderdelen en elke andere afwijking
die de werking van het elektrische gereedschap zou kunnen beïnvloeden. Indien
het elektrische gereedschap beschadigd is, moet u het laten repareren voordat u
het weer gebruikt. Veel ongelukken worden veroorzaakt door slecht onderhouden
elektrisch gereedschap.
f) Houd snijwerktuigen scherp en schoon. Goed onderhouden snijwerktuigen met
scherpe messen slaan minder snel vast en zijn gemakkelijker te bedienen.
g) Gebruik het elektrische gereedschap, de accessoires en onderdelen, etc. volgens
deze instructies en volgens bestemming voor het specifieke type elektrisch
gereedschap, en houd daarbij rekening met de werkomstandigheden en het uit te
voeren werk. Gebruik van elektrisch gereedschap voor werkzaamheden die verschillen
van die waarvoor het apparaat bestemd is, kan leiden tot gevaarlijke situaties.
5) Onderhoud
a) Laat uw elektrische gereedschap onderhouden door een gekwalificeerde vakman en
gebruik alleen identieke vervangstukken. Zo bent u er zeker van dat de veiligheid van
het elektrische gereedschap gewaarborgd blijft.
16