Universele klem
De universele klem maakt bevestiging van de ontvanger aan een baak
of lat mogelijk.
Kenmerken en functies
1
1. Bevestigingslip—hiermee wordt de ontvanger aan de universele
klem bevestigd.
2. Klauwen—sluiten/openen om de universele klem te bevestigen
aan/los te maken van een baak of lat.
3. Afleesrand—staat op één lijn met de 'op niveau' markeringskerven
van de ontvanger.
4. Klauwschroef—dient om de klauwen dicht/open te draaien.
80
2
3
4